Als je daar komt, ben je "uit de kosten" . Dat is een betekenis van de Engelse term "to break even" . (Heb je toch wel even opgezocht?)
Dat is de verschilgrafiek van opbrengst en kosten. Maak zelf een tabel van die verschillen.
Zie figuur.
Tussen 20000 en neemt de winst toe met euro per eenheid. De winst zit dus het dichtst bij als je op eenheden boven de 20000 zit. Dat is bij een aantal van 21818.
Doen.
Zie figuur.
Bij ongeveer en m. Dat zijn de punten waar loper B eerst voor ligt op het schema van A en later toch weer achter komt te liggen.
minuten geeft m en dus °C.
minuten geeft m en dus °C.
minuten geeft m.
Als je op dezelfde hoogte zit heb je dezelfde temperatuur.
Dat is na ongeveer minuten en na ongeveer minuten.
Het warmst na minuten: ongeveer °C.
Het koudst op m: ongeveer °C.
Temperatuursverschil ongeveer °C.
De schalen waarop je hun waarden afleest zijn verschillend.
In 2003: ongeveer k € .
In 2006: ongeveer k € .
Nee, vergelijk de voorgaande twee antwoorden maar.
Dat er op dat moment evenveel naar NL toekwamen als uit NL vertrokken.
Dat er op dat moment evenveel Turken als Marokkanen NL binnenkwamen.
Turken tussen 1982 en 1985.
Niet zonder meer, want hoe zit het met kinderen die in NL worden geboren en Turkse ouders hebben? Welke nationaliteit krijgen die?
Mogelijke antwoorden: grote werkeloosheid onder deze groepen, strenger immigratiebeleid vanuit NL, verbetering perspectief in thuisland.
Zie grafiek.
Sterkste daling in 1980.
In de snijpunten passeren beide wielrenners elkaar.
De eerste minuten en tussen de en minuten.
Rond minuten, minuten en minuten.
exemplaren; winst ongeveer kEuro.
Tot de exemplaren.
Na ruim maanden.
Zie tabel.
maand | 0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 |
winst (kE) | 0 | ”100 | 0 | 80 | 200 | 400 | 610 | 800 | 950 | 1050 |
Tabel maken door de grafieken te schakelen:
leeftijd | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 | 15 | 16 | 17 |
lengte | 97 | 104 | 112 | 118 | 124 | 130 | 136 | 142 | 148 | 157 | 161 | 164 | 167 | 168 | 168 |
gewicht | 12,5 | 16,5 | 19 | 21,5 | 24 | 27 | 30 | 34 | 37 | 40 | 45 | 52 | 60 | 62 | 64 |
Dit snijpunt heeft geen betekenis want aantal trekdieren en aantal tractoren hebben verschillende schaalverdelingen.
Dit moet tussen 1950 en 1960 zijn, want pas daar komt het aantal trekdieren onder de mln. Een tabelletje geeft duidelijkheid: in 1952 lijken beide ongeveer rond de mln uit te komen.
Zie figuur.
Atleet B: voorsprong van minuten.
Ja.
Na uur lag A voor. Na uur had hij de grootste afstand afgelegd.
Gemiddelde snelheid A: km/h.
Gemiddelde snelheid B: km/h.
Bevolkingsgroei = geboorteoverschot + migratiesaldo
1972 en 1983: migratiesaldo was toen nul.
Geboorteoverschot = − migratiesaldo; 1956 en 1957
Van 1950 tot 1970. De grafieken van migratiesaldo en bevolkingsgroei hebben in die periode dan dezelfde vorm.
Zie figuur.