Tabellen en grafieken > Totaalbeeld
123456Totaalbeeld

Testen

Opgave 1

Deze figuur beschrijft de vermoedelijke ontwikkeling van de wereldbevolking in acht grote regio’s. (Opmerking: De Sovjet-Unie bestaat niet meer, deze regio omvat de landen die vroeger tot de Sovjet-Unie behoorden.)

a

Hoeveel procent van de wereldbevolking bestond in 2000 uit Europeanen?

b

En hoeveel is dat percentage in 2100 volgens deze grafieken?

c

In welk jaar is het aantal Europeanen maximaal?

d

Welke regio vertoont de sterkste stijging en in welke periode gebeurt dat?

e

In welke regio is sprake van daling en in welke periode gebeurt dat?

f

Welke regio vertoont nagenoeg geen verandering? Wat betekent dat voor hun aandeel in de totale wereldbevolking?

g

Bepaal door interpoleren het aantal mensen in Zuidelijk Azië in 2010.

h

De somgrafiek van Noord-Amerika en Latijns Amerika geeft de bevolkingsontwikkeling van heel Amerika weer. Teken die somgrafiek.

Opgave 2

Deze grafiek toont de gemiddelde maandelijkse telefoonrekening in de Verenigde Staten voor normale lokale telefoongesprekken van onbeperkte duur, belasting wel inbegrepen, telefoonapparatuur niet tussen 1940 en 1990. De tarieven zijn voortdurend gedaald, met uitzondering van stijgingen in de periode direct voordat AT&T zich van plaatselijke Bell-bedrijven moest ontdoen.

a

Hoe hoog was in 1940 in de V.S. de gemiddelde maandelijkse telefoonrekening?

b

Wat wordt bedoeld met "In dollars van 1988" bij de bovenste grafiek?

c

Waar ligt het snijpunt van beide grafieken? Welk jaartal hoort daar bij? Waarom is dat zo?

d

Hierboven staat: "De tarieven zijn voortdurend gedaald...". Kun je dat op grond van deze grafieken concluderen? Verklaar je antwoord.

e

Met hoeveel procent is de waarde van de dollar voor de Amerikaan gedaald in de periode van 1940-1988?

Opgave 3

Opvallend is de verdeling van geboortetijdstippen over een etmaal zoals je die in deze grafieken ziet. Het gaat hierbij alleen om spontane (dus niet kunstmatig opgewekte) bevallingen.

a

Wat is de periode van beide grafieken?

b

Hoeveel eerstgeborenen heeft de onderzoekster ongeveer bij haar onderzoek betrokken?

c

Welk opvallende verschil is er tussen beide grafieken? Kun je dat verklaren?

d

In de grafiek van alle geborenen zijn ook de gegevens van de eerstgeborenen verwerkt. Maak zelf een grafiek van alle niet-eerstgeborenen. Is deze grafiek ook periodiek?

e

Hoeveel is het gemiddelde aantal spontaan geborenen per uur?

f

Hoeveel is het gemiddelde aantal spontaan eerstgeborenen per uur?

Opgave 4

In 2008 liep Haile Gebreselassie de marathon in een tijd van 2 uur, 3 minuten en 59 seconden. Hij vestigde daarmee een nieuw wereldrecord op die afstand ( 42,195 km).
In datzelfde jaar liep Usain Bolt de 100 m in 9,69 seconden.

a

Hoe snel liep Gebreselassie zijn marathon gemiddeld? (Geef je antwoord in km/h in drie decimalen nauwkeurig.)

b

Hoe snel liep Bolt zijn 100  m gemiddeld? (Geef je antwoord in km/h in drie decimalen nauwkeurig.)

c

Hoeveel procent liep Bolt sneller dan Gebreselassie?

verder | terug