Een verfhandelaar heeft een mengmachine van
€
2000,00.
De inkoopprijs van de verf en het kosten van het mengproces samen komt op
€
5,00 per liter. Hij verkoopt zijn verf voor
€
7,25 per liter.
Hij maakt winst als de opbrengst groter is dan de totale kosten . Met voorraadkosten wordt geen rekening gehouden.
Bereken algebraïsch vanaf hoeveel liter verkochte verf hij winst gaat maken.
Er geldt: en .
Hierin is de verkochte hoeveelheid verf.
Nu moet: , dus .
Met de grafische rekenmachine breng je de grafieken van en goed in beeld. (Het snijpunt moet zichtbaar zijn.) Vervolgens bereken je dit snijpunt:
liter.
De oplossing lees je uit de grafiek af: , dus vanaf L verf.
In
Je gaat de ongelijkheid zelf algebraïsch oplossen.
Los de vergelijking algebraïsch op.
Schrijf de juiste oplossing van de ongelijkheid op.