Los deze vergelijkingen algebraïsch op. Geef eventueel benaderingen van je antwoorden in twee decimalen nauwkeurig.
Los de volgende vergelijking op met behulp van de grafische rekenmachine.
Geef een benadering in drie decimalen nauwkeurig.
Een fabrikant wil zijn hagelslag verpakken in doosjes met een vierkante bodem. Voor een doosje gebruikt hij cm3 karton. Ga ervan uit dat een doosje precies de vorm van een balk heeft.
De hoogte van zo’n doosje wordt aangegeven met en de zijde van het grondvlak met . Laat zien dat het verband tussen en beschreven wordt door de formule: .
De verpakkingsmachine laat een maximale hoogte van centimeter toe. Bepaal de waarde van bij cm. Geef de benadering in mm nauwkeurig.
Is een nauwkeuriger benadering van zinvol in deze situatie? Geef aan waarom.
Vanaf een toren wordt een vuurpijl afgeschoten.
De hoogte van de vuurpijl hangt af van de tijd dat deze onderweg is.
Er geldt: .
Hierin is in meter en in seconden gemeten.
Breng de grafiek van in beeld op je grafische rekenmachine.
Op welke hoogte boven de begane grond werd de vuurpijl afgeschoten? Na hoeveel seconden was de vuurpijl weer op diezelfde hoogte?
Na hoeveel seconden was de vuurpijl op het hoogste punt in zijn baan? Hoeveel meter boven de begane grond was hij op dat moment?
Na hoeveel seconden kwam de vuurpijl op de grond terecht?
Kun je met deze gegevens de baan van de vuurpijl in beeld brengen? Verklaar je antwoord.
De opbrengst (in €) bij de verkoop van een bepaald artikel hangt af van het aantal stuks dat je verkoopt en van de prijs (in €) per stuk. In bepaalde economische omstandigheden hangt de verkochte hoeveelheid af van de prijs volgens de formule: .
Bereken de opbrengst bij een prijs van € 2,50 per stuk.
Bij welke prijs per stuk is er een opbrengst van € 18000?
Laat zien dat er een maximale opbrengst is van € 20000.
De verkoop van een bepaald product levert een zekere opbrengst op, maar brengt ook vaak kosten met zich mee. De winst is daardoor lager dan de opbrengst. Geef twee redenen waarom er kosten worden gemaakt. Geef ook een reden waarom die kosten van af zullen hangen.
Er is een verband tussen en . Stel een formule op die dat verband aangeeft.
Voor de kosten geldt: .
Voor de winst geldt: .
Stel een formule op voor de winst afhankelijk van en bereken bij welke verkochte hoeveelheid de winst maximaal wordt.