Normale verdeling > Normaalkromme
12345Normaalkromme

Voorbeeld 3

Het gewicht G van een bepaald soort appels is normaal verdeeld met een gemiddelde van 150 gram en een standaarddeviatie van 17 gram. Er zijn zes gewichtsklassen:

  • klasse 1: appels lichter dan 116 gram,

  • klasse 2: appels vanaf 116 tot 133 gram,

  • klasse 3: appels vanaf 133 tot 150 gram,

  • klasse 4: appels vanaf 150 tot 167 gram,

  • klasse 5: appels vanaf 167 tot 184 gram en

  • klasse 6: appels vanaf 184 gram.

Hoeveel procent van deze soort appels zit in elke gewichtsklasse?

> antwoord

De klassengrenzen zijn zo gekozen dat ze precies bij de vuistregels passen:
116 = μ 2 σ, 133 = μ σ , 150 = μ, 167 = μ + σ en 184 = μ + 2 σ.

95% van de appels zit tussen 116 en 184 gram, dus 5% zit daar buiten. Daarom weegt 2,5% minder dan 116 gram en bevat klasse 1 ook 2,5% van de appels. En tegelijk weegt 2,5% meer dan 184 gram: klasse 6 bevat 2,5% van de appels.
Zo bepaal je ook de percentages van de overige klassen.

Opgave 7

De lengte van de buxusplanten bij een plantenkweker zijn normaal verdeeld met een gemiddelde van 50 cm en een standaardafwijking van 20 cm. De normaalkromme geeft de lengteverdeling weer. De buxusteler verdeelt de planten in zes categorieën van 10 cm. Eén daarvan is de categorie 50 60 .

a

Bepaal hoeveel procent van de planten tot elke categorie behoren. Bekijk eventueel Voorbeeld 3.

b

Hoeveel procent van de planten is groter dan 80 cm?

c

Hoeveel procent van de planten heeft een lengte tussen 30 en 90 cm?

d

Hoeveel procent van de planten is minstens 40 cm lang?

Opgave 8

Uit onderzoek is gebleken dat de levensduur van lampen normaal verdeeld is. Een bepaald type lampen heeft een levensduur van 500 uur, met een standaardafwijking van 100  uur. Een grootwinkelbedrijf koopt 50000 lampen van dit type in.

a

Maak een schets van een klokvormige kromme en geef het gemiddelde en de standaardafwijking in de kromme aan.

b

Hoeveel van deze lampen branden langer mee dan 400 uur?

c

Hoeveel van deze lampen hebben een levenduur die ligt tussen 400 en 700 uur?

d

Hoeveel van deze lampen hebben een levenduur die onder de 600  uur ligt?

Opgave 9

Misschien denk je nu dat in de praktijk bij alle statistische variabelen een normale verdeling past. Dat is echter bepaald niet het geval: in veel situaties is een verdeling bepaald niet symmetrisch. In welke van de volgende gevallen is de verdeling niet symmetrisch?

a

Het vulgewicht van machinaal gevulde pakken suiker.

b

De armlengte van volwassen mannen.

c

Het gewicht van volwassen mannen.

d

De reactietijd van een mens bij een onverwachte gebeurtenis.

e

Het inkomen van alle Nederlanders.

f

De wachttijd bij een helpdesk.

verder | terug