Exponentiële verbanden > Logaritmische schalen
123456Logaritmische schalen

Voorbeeld 1

Zet op deze logaritmische schaal de getallen 7250 en 0,002 uit.
Lees ook af welke waarden a en b hebben.

> antwoord

Eerst even 7250 en 0,002 omrekenen:

  • log ( 7250 ) 3,86 7250 = 10 3,86 .
    Je plaatst 7250 dus op 3,86 eenheden boven 10 0 , dat is tussen 10 3 en 10 4 .
  • log ( 0,002 ) -2,70 0,002 = 10 -2,70 .
    Je plaatst 0,002 dus op 2,70 eenheden onder 10 0 , dat is tussen 10 -2 en 10 -3 .

Nu aflezen:

  • a 10 1,5 32 .
  • b 10 -0,9 0,13 .
Opgave 4

In Voorbeeld 1 zie je hoe je getallen kunt plaatsen op een logaritmische schaal en hoe je van zo'n schaal waarden kunt aflezen. Teken zelf zo'n logaritmische schaal.

a

Geef de getallen 20 , 20000 en 0,02 op deze schaal aan.

b

Een mens is ongeveer 1,80 m groot. Geef dit getal op je schaalverdeling aan.

c

De Mount Everest is ongeveer 8884 m hoog. Geef dit getal op je schaalverdeling aan.

d

Een amoebe is een ééncellig organisme met een afmeting van 0,003 tot 0,8 millimeter. Geef deze getallen op je schaalverdeling aan.

e

Op je schaalverdeling is a het getal dat midden tussen 10 3 en 10 4 in zit. Bereken a in gehelen nauwkeurig.

Opgave 5

Maak zelf een assenstelsel met op de verticale as een logaritmische schaalverdeling, of gebruik dit blad enkellogaritmisch papier.
Gegeven is nu de functie N = 12000 0,8 t .

a

Teken de grafiek van N in dit assenstelsel (of op het enkellogaritmische papier).

b

Lees uit je grafiek af bij welke waarde van t geldt: N = 2000 . Controleer je antwoord door invullen in de formule.

verder | terug