Machtsfuncties > Omgekeerd evenredig
12345Omgekeerd evenredig

Antwoorden van de opgaven

Opgave 1
a

8 min.

b

12 min.

c

t = 960 v

Opgave 2
a

150 100 = 1,5 uur.

b

150 s = 2 , dus snelheid= 75  km/h.

c

t = 150 gem.snelheid

d

gemiddelde snelheid = 150 t

e

t = 150 v

f

v = 150 t

g

t > 0 en v > 0 .

Opgave 3
a

l b = 10000 , l = 10000 b en b = 10000 l .

b

De horizontale asymptoot is l = 0 en de verticale asymptoot is b = 0 .

c

Als je b vervangt door 2 b krijg je l = 10000 2 b = 1 2 10000 b .

d

Eéntiende keer.

e

Tien keer.

Opgave 4
a

S is evenredig met het omgekeerde van r 2 , dus een veelvoud van 1 r 2 . Dat betekent: S = c 1 r 2 = c r 2 .

b

Bij een vermogen van 1000 Watt heb je op een afstand van 1 m ook precies 1000 Watt per m2.
Neem je r = 1 en S = 1000 en vul je dit in S = c r 2 in dan wordt c = 1000 .

c

S = 1000 4,5 2 49 W/m2.

d

Verticale asymptoot r = 0 en horizontale asymptoot S = 0 .

e

1000 r 2 = 50 geeft r = 20 4,47 m.

Opgave 5
a

Eigen antwoord

b

Je krijgt twee dezelfde grafieken, want 6 x 1,5 = 6 1 x 1,5 = 6 x -1,5 .

c

Omgekeerd even redig met x b is recht evenredig met 1 x b = x - b .

d

Verticale asymptoot x = 0 en horizontale asymptoot y = 0 .

e

Op beide manieren vind je x 0,63 .

Opgave 6
a

y 1 = 3 x -4

b

y 2 = 1 3 x -6

c

y 3 = 3 x -2

d

y 4 = 4 x -0,5 .

Opgave 7
a

Zie figuur.

b

De bewering is waar.

c

De bewering is waar.

d

a = 500 p en a p = 500 .

e

€ 1,66

f

Bij p = 0,01 is a = 50.000.

Bij p = 100 is a = a.

g

Eigen antwoord.

Opgave 8
a

p = 13 en k = 15 , dus p k = 195 en k = 195 p .

b

p = 10 , dus k = 195 10 = 19,5 kg.

Opgave 9
a

y 1 = 1 2 x -3

b

y 2 = 1 2 x -1

c

y 3 = -3 x -1 / 2

Opgave 10
a

Aflezen: ongeveer 10  uur.

b

Ongeveer 10  km/h.

c

t v = 50 dus t = 50 v

d

t = 25 min = 25 50 uur = 5 12 uur, dus v = 12 5 50 = 120 km/h.

Opgave 11
a

3 23,4 = 70,2 ; 3,5 20,1 = 70,35 ; 4 17,7 = 70,8 ; 4,5 15,7 = 70,65 ; 5 14,2 = 71,0

b

r T 70,6 , dus T 70,6 r .

c

r = 3,75 , dus T 70,6 3,75 18,828 .

d

Je vindt ook zo T 18,828 .

e

T 70,6 12 5,88 en 1,12 T = 2 geeft T 6,12 .

f

De formule klopt kennelijk niet meer voor grotere percentages.

Opgave 12
a

I = 1200 p , dus als p groter wordt, wordt I kleiner. Dus kleinste inhoud heeft grootste percentage. I wijn > I port , dus het alcoholpercentage van port is hoger dan dat van wijn.

b

p = 5 , dus I bier = 1200 5 = 240 cm3.

c

I jenever = 35 cm3, dus p = 1200 35 = 34,3 %.

d

I = 1200 p

e

p = 2 , dus I = 1200 2 = 600 cm3 en dat is meer dan een halve liter. De formule is niet bruikbaar.

Opgave 13
a

y 1 = 1 2 x -1

b

y 2 = 2 x -3

c

y 3 = 1 2 x -1

d

y 4 = 3 4 x -1,5

Opgave 14
a

a A = 0,9

b

A = 0,9 a

c

A < 0,001 geeft a > 900 .

verder | terug