Kansmodellen > Kansmodellen
12345Kansmodellen

Voorbeeld 1

X is het aantal punten dat je bij boogschieten bij elk schot kunt behalen. Voor speler A zie je hier een kansverdeling voor X :

x 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
P ( X = x ) 0,02 0,02 0,04 0,10 0,09 0,11 0,12 0,12 0,15 0,15 0,08

Je schiet 10 keer. Hoe groot is de kans dat je hoogstens 2 keer meer dan 8 punten scoort?

> antwoord

A is het aantal keren dat je meer dan 8 punten scoort. Per schot heb je dezelfde kans op succes (meer dan 8 punten) of mislukking ( 8 of minder punten). A is dus binomiaal verdeeld met n = 10 en p = 0,23 .

De gevraagde kans is: Ρ ( A 2 | n = 10 en p = 0,23 ) 0,586 .

Opgave 4

Voorbeeld 1 gaat over het berekenen van kansen bij het boogschieten.

a

Er is een kansverdeling gegeven. Hoe zal die tot stand zijn gekomen?

b

Hoe groot is de kans dat je geen punten scoort bij een bepaald schot?

c

Je schiet vijf pijlen op het doel. Hoe groot is de kans dat je hoogstens 1 keer geen punten scoort?

d

Je schiet vijf pijlen op het doel. Hoe groot is de kans dat je 2 keer 10 punten en 3 keer 9 punten scoort? Waarom is er nu geen sprake van een binomiaal kansmodel?

verder | terug