Logaritmische functies > Logaritmische vergelijkingenVoorbeeld 1
Los op: `10 +7 *\ ^3log(x+1 )≤45` .
Los bijbehorende vergelijking op: `10+7*\ ^3log(x+1) = 45` .
| `\ ^3log(x+1)` | `=` | `5` | |
| `x+1` | `=` | `3^5` | |
| `x` | `=` | `242` |
Plot de grafieken op de grafische rekenmachine:
Voer in:
`y_1 =10 +7 *\ ^3log(x+1 )`
en
`y_2 =45`
.
Gebruik het domein `langle text(-)1, →rangle` , de asymptoot `x=text(-)1` en `y_2=45` om de vensterinstellingen te bepalen.
Lees af: `text(-)1 < x ≤ 242` .
|
|
|
|
Los op: `2 +3 *\ ^2log(x-4 )≤11` .
Gegeven is de functie `f` met `f(x)=1 +4 *\ ^(0,5)log(x+5 )` .
Los algebraïsch op: `f(x)=text(-)3`
Geef een vergelijking van de asymptoot van de grafiek van `f` en bepaal het domein en bereik van `f` .
Los op: `f(x)≥text(-)3` .
Plot de grafieken van de functies `f(x)=\ ^2log(x)` en `g(x)=\ ^2log(2 -x)` .
Bepaal van beide functies de vergelijking van de asymptoot.
Bepaal van beide functies het domein.
Los algebraïsch op: `f(x)=g(x)`
Los op: `f(x)>g(x)` .