Los op: `3 x^ (3/2) < 12` .
Beide kanten delen door `3` geeft: `x^ (3/2) < 4` .
Los eerst op `x^ (3/2) =4` .
Oplossing: `x=4^ (2/3) ≈2,52` .
Maak de grafiek van `f(x)=x^ (3/2)` op de grafische rekenmachine. Merk op dat `text(D)_f=[0 ,→⟩` . De vergelijking heeft inderdaad maar één oplossing.
Nu lees je de (benaderde) oplossing van de ongelijkheid uit de grafiek af: `0 ≤x < 2,52` .
Bekijk in
Los zelf eerst de vergelijking `3 x^ (3/2) =12` algebraïsch op.
In het voorbeeld wordt daarbij een macht met exponent `2/3` gebruikt. Licht die stap toe. Heb je dat zelf ook gedaan?
Los op dezelfde manier algebraïsch op: `15 x^ (3/5) < 180` . Geef je eindantwoord in twee decimalen nauwkeurig.