Modelleren > Evenredigheden
12345Evenredigheden

Antwoorden van de opgaven

Opgave 1

De eerste uitspraak klopt: bij `h = 100` hoort `a ~~ 35730` m en dat is meer dan `35` km.

De tweede uitspraak klopt niet: bij `h = 50` hoort `a ~~ 25265` m en dan `35` km is niet twee keer zo veel.

De derde uitspraak klopt: bij `h = 100` hoort `a ~~ 25265` m en dat is afgerond `25` km.

Opgave 2
a

`I = 4^3 = 64` cm3.

b

Die wordt `8` keer zo groot.

c

De ribbe wordt dan `500^(1/3) ~~ 7,94` cm lang.

Opgave 3
a

Er zijn `6` vierkante grensvlakken met elk een opppervlakte van `r^2` .

b

De is oppervlakte recht evenredig met de tweede macht van de straal.

c

De oppervlakte wordt dan `6*5^2 = 150` cm2.

d

Twee maal zo groot, dus `10` cm.

e

Je vindt `r = 1/6 A^(1)2` of `r = 1/6 sqrt(A)` .

Opgave 4
a

`4/3 pi` .

b

`(3/(4pi))^(1/3)` of `root[3](3/(4pi))` .

Opgave 5
a

`4 pi*6^2 = 144pi` cm2.

b

`12` cm.

c

`r = (A/(4pi))^(1/2)` of `r = sqrt(A/(4pi))` , dus de evenredigheidsconstante is `(1/(4pi))^(1/2)` .

Opgave 6
a

`y` is r.e. met `x` , de evenredigheidsconstante is `2` .

b

Geen evenredigheid.

c

`y` is r.e. met `x^4` , de evenredigheidsconstante is `5` .

d

`y` is r.e. met `x^(1/4)` ; evenredigheidsconstante `(1/5)^(1/4)` .

Opgave 7
a

Als `h = 50` , dan `a = 3572 * 50^(1/2) ~~ 25258` m.

b

Eerste manier: Grafiek geeft `h ~~ 48,98 ~~ 49` m.
Tweede manier: Los op `3572 * h^(1/2) = 25 000` . Dat geeft `h^(1/2) ~~ 6,998` en `h ~~ 48,98` . Dus hoogte is `49` m.
Derde manier: `h = (25000/3572)^2 ~~ 48,98` . Dus hoogte is 49 m.

Opgave 8
a

De Meeh-coëfficiënt.

b

Breid de tabel uit met een kolom voor `G^(2/3)` en een kolom voor `H/(G^(2/3))` .
Als het goed is vind je in de laatste kolom steeds (ongeveer) hetzelfde getal, namelijk `8,9` . Dit is de gevraagde Meeh-coëfficiënt.
Voor de Schotse Hooglanders geldt `H = 8,9 * G^(2/3)` .

c

`510 ~~ 8,9 * G^(2/3)` geeft `G^(2/3) ~~ 57,3` en dus `G ~~ (57,3)^(1,5) ~~ 434` kg.

d

`c * G^(2/3) = H` geeft `G^(2/3) = 1/c * H` en dus `G = (1/c)^(1,5) * H^(1,5)` .
Dus `G = K * H^(1,5)` met `K = (1/c)^(1,5)` .

e

Minder dan twee keer zo groot, namelijk `2^(2/3) ~~ 1,59` keer zo groot.

Opgave 9
a

`I = 4/3pi r^3` en `A = 4pi r^2` .

b

`G = 7,9 * 4/3pi r^3 ~~ 33,09 r^3`

c

Uit `G ~~ 33,09 r^3` volgt `r ~~ (G/(33,09))^(1/3)` en dus `A ~~ 4pi * (G/(33,09))^(2/3) ~~ 1,22 G^(2/3)` . Dus `c ~~ 1,22` .

Opgave 10
a

`y(4) = 122880`

b

`x = (20000/120)^(1/5) ~~ 2,78`

c

Met `4^5 = 1024` .

Opgave 11
a

`0,01`

b

`r = 10` geeft `s^2 = 1000` en dus `s ~~ 31,6` km/h.

c

`s = 10 sqrt(r)`
Dus `s` is recht evenredig met `s^(1/2)` .

d

Als `r = 100` , dan `s = 10 sqrt(100) = 100` km/h. Als `r = 50` , dan `s = 10 sqrt(50) ~~ 70,7` km/h. De bewering is dus niet waar.

Opgave 12
a

`V = 2pi r^3`

b

`V = 2pi r^3 = 1000` cm3 geeft `r = (1000/(2 pi))^(1/3) ~~ 5,4` cm.

c

`r = (1/(2pi))^(1/3) * V^(1/3)` ; de evenredigheidsconstante is `(1/(2pi))^(1/3) ~~ 0,54` .

c

`A = 2pi r * 2r + 2 * pi r^2 = 6pi r^2` .

d

`A = 6pi * (1/(2pi))^(2/3) * V^(2/3) ~~ 5,54 V^(2/3)` , dus `c ~~ 5,54` .

Opgave 13
a

`A = 2pi r * 2r + 2 * pi r^2 = 6pi r^2` .

b

`A = 6pi * (1/(2pi))^(2/3) * V^(2/3) ~~ 5,54 V^(2/3)` , dus `c ~~ 5,54` .

Opgave 14
a

De formule moet de vorm `Z = c * m^p` hebben.
Gegevens muis invullen: `0,19=c * 0,20^p` .
Gegevens paard invullen: `85,4=c * 605,0^p` .
Dit betekent: `(85,4)/(0,19) = (605,0^p)/(0,20^p)` en dus `449,47 ~~ 3025^p` .
Als het goed is vind je met je grafische rekenmachine `p ~~ 0,75` en daarmee `c ~~ 0,66` . En dus wordt je formule `Z ~~ 0,66 * m^(0,75)` .

b

Ongeveer.

c

`Z=0,70 * 1000^(0,75) ~~124,5` L.

Opgave 15
a

`5 * 3^4 = 405`

b

`405 x^4 = 12000` geeft `x = +-(12000/405)^(1/4) ~~ +- 2,33`

c

Met `4^4 = 256` .

Opgave 16
a

`G = 7,9 r^3`

b

`7,9 r^3 = 500` geeft `r = (500/(7,9))^(1/3) ~~ 4,0` cm.

c

`r = (G/(7,9))^(1/3)` .

d

`c = (1/(7,9))^(1/3) ~~ 0,50` .

Opgave 17
a

`A = 6r^2`

b

Uit `G = 7,9 r^3` volgt `r = (1/(7,9))^(1/3) * G^(1/3) ~~ 0,502 G^(1/3)` .
Dus is `A = 6r^2 ~~ 6 * 0,502^2 * G^(2/3) ~~ 1,51 G^(2/3)` en `c ~~ 1,51` .

c

`150 = 1,51 G^(2/3)` geeft `G = (150/(1,51))^(3/2) ~~ 21,4` gram.

d

`c = (1/(7,9))^(1/3) ~~ 0,50` .

verder | terug