De cijfers `5` , `0` , `4` , `7` en `6`
`5`
honderdtallen is
`500`
`0`
tientallen is
`0`
`4`
eenheden is
`4`
`7`
tienden is
`0,7`
`6`
honderdsten is
`0,06`
Achter de komma staan de cijfers die een waarde kleiner dan `1` vertegenwoordigen.
3
6
1
10 keer
Het getal wordt 100 keer zo klein.
`2`
`3,5`
`3,15`
`5,1235`
`2,4`
`4,65 >4,56`
`4,56 < 4,65`
`51,7 >15,7`
`5 < 5,074 < 6`
`5,6 >5`
`8,2 < 9`
`0,5 < 0,501`
`1,34 < 1,40`
Bijvoorbeeld `5,71` en `5,7203456` .
Bijvoorbeeld `5,71` en `5,7203456` .
`6 < 6,025 < 7`
`5,34 < 5,3496 < 5,35`
Als 612015.4.
`3`
`5`
`2,95 < 3 < 3,04 < 3,14 < 3,4 < 3,43 < 4,03 < 4,3`
5
`3,4` en `3,43`
a:
`11,7`
b:
`11,45`
c:
`11,91`
`43,5`
`42,015`
`142,805`
`90`
`18`
`14` (de `0` kan niet voorop staan behalve bij `0,45` en `0,54` ).
2010
Eigen antwoord.