Functies en grafieken > Bijzondere functies
123456Bijzondere functies

Voorbeeld 1

Als een fabrikant als enige een bepaald product verkoopt, gaan economen uit van een lineair verband tussen het aantal q exemplaren dat hij verkoopt en de prijs p die hij vraagt. q is dan een lineaire functie van p.

Een voorbeeld daarvan is een functie met voorschrift q = 4000 - 200 p.

Welke prijzen kan de fabrikant volgens dit model vragen? En welke aantallen kan hij verkopen?

> antwoord

Zowel p als q moeten positieve waarden hebben.

Neem je p = 0, dan is q = 4000.
Neem je q = 0, dan is p = 20. (Vergelijking oplossen.)

Dit betekent dat p van 0 tot 20 kan lopen en q van 4000 tot 0.
Handig om van tevoren te bedenken als je de grafiek op je grafische rekenmachine in beeld wilt brengen.

Opgave 4

Bekijk de Theorie . Elke lineaire functie f heeft een functievoorschrift van de vorm f ( x ) = a x + b . In de figuur hebben de parameters a en b vaste waarden want de grafiek gaat door ( 0 , 3 ) en ( 1 ; 3,5 ) .

a

Welke betekenis heeft de parameter a voor de grafiek van f ? Welke waarde heeft a in de figuur?

b

Welke betekenis heeft de parameter b voor de grafiek van f ? Welke waarde heeft b in de figuur?

c

Welke waarden voor a en b moet je nemen om als grafiek een rechte lijn door A ( 1 , 2 ) en B ( 5 , 3 ) te krijgen?

d

Hoe kun je het bijbehorende functievoorschrift afleiden uit de coördinaten van A en B ?

Opgave 5

Ga nu naar Voorbeeld 1. Daar wordt een economisch model beschreven.

a

Heeft de gegeven formule inderdaad de vorm van een lineaire functie? Wat is dan de richtingscoëfficiënt?

b

Maak een grafiek bij q = 4000 - 200 p . Welke vensterinstellingen gebruik je?

c

Bij welke prijs verkoopt hij 1500 exemplaren?

Opgave 6

Voor een rit in een taxi betaal je voorrijkosten en een bedrag per gereden kilometer:

  • voorrijkosten € 3,20

  • per gereden km € 1,20

De ritprijs ( R ) hangt af van het aantal gereden kilometer ( a ).

a

Laat zien dat R ( 10 ) = 15,2 .

b

Stel een voorschrift op voor de functie R ( a ) .

c

Dit is een voorbeeld van een lineaire functie. Teken de grafiek van deze functie op je grafische rekenmachine.

d

Waar vind je de twee getallen 3,20 en 1,20 in je grafiek terug?

verder | terug