Periodieke functies > Sinusoïden
1234567Sinusoïden

Verkennen

Opgave 1

Gegeven is de functie f ( x ) = 2 sin ( 4 x ) + 3 .

a

Maak met de grafische rekenmachine de grafiek van f op [ 0 , 2 π ] .

b

Bepaal de periode van deze periodieke functie.

c

Bereken de coördinaten van alle toppen van de grafiek op [ 0 , 2 π ] .

Gegeven is de functie g ( x ) = 4 sin ( 0,5 ( x π ) ) 1 .

d

Maak met de grafische rekenmachine de grafiek van g op [ 0 , 4 π ] .

e

Bepaal de periode van deze periodieke functie.

f

Bereken de coördinaten van alle toppen van de grafiek op [ 0 , 4 π ] .

verder | terug