Kansen > Redeneren
123456Redeneren

Testen

Opgave 13

Je trekt aselect een kaart uit een volledig kaartspel ( 52 kaarten).

a

Hoe groot is de kans op een harten kaart?

b

Hoe groot is de kans op een boer?

c

Hoe groot is de kans op een hartenboer?

Opgave 14

Je werpt met twee dobbelstenen. P is het product van het aantal ogen dat boven komt.
Bereken de kans dat P minstens 20 wordt.

Opgave 15

Bij roulette wordt een balletje aselect in een draaiend rad geworpen. Dit rad bevat 37 vakjes, volgend een bepaald patroon genummerd van 0 tot en met 36. De vakjes zijn om en om rood en zwart gekleurd, behalve het vakje met 0, dat is groen. Elk fiche die je op het winnend nummer hebt gezet krijg je 36 keer uitbetaald.

a

Waarom krijg je niet 37 keer uitbetaald?

b

Hoe groot is de kans op winst bij één keer spelen met één fiche?

c

Verandert die kans als je twee fiches op hetzelfde nummer inzet? En als je twee fiches op verschillende nummers inzet?

d

Hoe groot is de kans dat het balletje op een oneven getal komt te liggen?

e

Hoe groot is de kans dat het balletje op een rood getal komt te liggen?

f

Hoe groot is de kans dat het balletje op een rood getal komt te liggen wanneer al 26 keer achter elkaar een zwart getal is gedraaid?

verder | terug