Afgeleide functies > Transformaties en differentiëren
1234567Transformaties en differentiëren

Voorbeeld 3

Van een bewegend voorwerp is de afgelegde weg gegeven door een functie met voorschrift s ( t ) waarin t de tijd in seconden en s de afgelegde weg in meters is.

Na 5 seconden is de afgelegde weg 12 meter en de snelheid van het voorwerp 3  m/s.
Schat de afgelegde weg na 5,01 seconden.

> antwoord

Je kunt nu werken met een lineaire benadering van de gevraagde functiewaarde s ( 5 , 01 ) . Immers, de snelheid is de verandering van de afgeleide weg, dus de snelheid op een bepaald tijdstip is gelijk aan de afgeleide op dat tijdstip: v ( 5 ) = s ' ( 5 ) .

De lineaire benadering gaat dan zo:
s ( 5 , 01 ) s ( 5 ) + 0 , 01 s ' ( 5 ) = s ( 5 ) + 0 , 01 v ( 5 ) = 12 + 0 , 01 3 12 , 03 m.

Opgave 8

Gegeven is de functie f ( x ) = x 3 - 4 x .

a

Bereken de richtingscoëfficiënt van de raaklijn aan de grafiek van f voor x = 1 .

b

Met behulp van dit hellingsgetal kun je de functiewaarden in de buurt van x = 1 schatten. Ze zijn ongeveer gelijk aan de y -waarden van de raaklijn aan de grafiek. Bekijk eventueel Voorbeeld 3. Benader f ( 1,003 ) .

c

Benader op dezelfde wijze f ( 0 , 98 ) .

verder | terug