Integraalrekening > Omwentelingslichamen
123456Omwentelingslichamen

Antwoorden van de opgaven

Opgave 1
a

Doen, bekijk de figuren.

b

Bekijk de figuur en doorloop de diverse stappen.

c

Doen.

d

I = 0 20 π ( 0,25 x ) 2 d x

Opgave 2

2 2 π ( 4 x 2 ) 2 d x = 2 2 π ( 16 8 x 2 + x 4 ) d x = [ π ( 16 x 8 3 x 3 + 1 5 x 5 ) ] 2 2 = 512 15 π .

Opgave 3
a

`y = 4 - x^2` wordt `x = +-sqrt(4 - y)` en de integraal wordt `int_0^4 pi x^2 text(d)y` .

b

`int_0^4 pi(sqrt(4 - y))^2 text(d)y = int_0^4 pi(4 - y) text(d)y = [pi(4y - 0,5y^2)]_(0)^(4) = 8pi` .

Opgave 4
a

De lijn y = r h x gaat door ( 0 , 0 ) en ( h , r ) . Deze lijn wentelen om de x-as geeft de gewenste kegel.

b

`int_0^h pi * (r/h x)^2 text(d)x = int_0^y (pi r^2)/(h^2) * x^2 text(d)x = [(pi r^2)/(h^2) * 1/3 x^3]_(0)^(h) = (pi r^2)/(h^2) * 1/3 h^3 = 1/3pi r^2 h` .

c

`int_0^h pi * r^2 text(d)x = [pi r^2 * x]_(0)^(h) = pi r^2 h` .

Opgave 5
a

Door I ( r ) = 4 3 π r 3 te differentiëren.

b

Het gaat bij een kegel en een cilinder over twee variabelen r en h en niet zoals bij de bol maar om ééntje. De oppervlakte van die twee lichamen bepaal je meetkundig. Een cilinder is een rechthoek met lengte 2 π r en hoogte h. Een kegel is het r r 2 + h 2 deel van een cirkel met straal r 2 + h 2 .

Opgave 6
a

Je krijgt een ringvormig lichaam.

b

`int_0^1 pi * (4 - x^2)^2 text(d)x - int_0^1 pi * (4 - x)^2 text(d)x = int_0^1 pi * (16 - 8x^2 + x^4) text(d)x - int_0^1 pi * (4 - x)^2 text(d)x` .
Primitiveren geeft: `[pi * (16x - 8/3 x^3 + 1/5 x^5)]_(0)^(1) - [pi * (4x - 1/2 x^2)]_(0)^(1) = 919/30 pi` .

c

h ( x ) = f ( x ) g ( x ) is een functie waarvan de functiewaarden dichter bij de x-as liggen dan die van f en g afzonderlijk. Bij het wentelen om de x-as maak je dan een sommatie van schijfjes met een veel te kleine straal.

Opgave 7
a

Je krijgt nu een paraboloïde waar een kegel uit weg is gesneden.

b

`int_3^4 pi(sqrt(4 - y))^2 text(d)x - int_3^4 pi(4 - y)^2 text(d)y = int_3^4 pi(4 - y) text(d)x - int_3^4 pi(16 - 8y + y^2)^2 text(d)y` .
Primitiveren geeft: `[pi * (4y - 1/2 y^2)]_(3)^(4) - [pi * (16y - 4 y^2 + 1/3 y^3)]_(3)^(4) = 1/6 pi` .

Opgave 8
a

`int_1^6 pi(x^2 - 7x + 6)^2 text(d)x = 104 1/6 pi` .

b

`int_0^4 pi(x + 4 - 4x^(0,5))^2 text(d)x = 64/15 pi` .

c

`int_2^4 pi(8/x)^2 text(d)x = [pi * - 64/x]_(2)^(4) = 16 pi` .

Opgave 9
a

Eerst y = x 3 herleiden tot x = y 3 .
Dan: `int_0^4 pi(root[3](y))^2 text(d)y = int_0^4 pi * y^(2/3) text(d)y = [pi * 3/5 y^(5/3)]_(0)^(4) = 2,4pi root[3](16)` .

b

Eerst raaklijn opstellen door `O` en `(p, 1/2 p^2 + 8)` met richtingscoëfficiënt `f'(p) = p` . Dit geeft `p = +-4` . De raaklijnen worden `y = +-4x` .
Nu `y = 1/2 x^2 + 8` herleiden tot `x = +-sqrt(2y - 16)` en `y = 4x` herleiden tot `x = 0,25y` .
De inhoud wordt `int_0^16 pi(0,25y)^2 text(d)y - int_8^16 pi(sqrt(2y - 16))^2 text(d)y = 21 1/3 pi` .

Opgave 10

Verschuif je de grafiek van `f` drie eenheden naar beneden dan kun je het vlakdeel `V` wentelen om de `x` -as. De verschoven functie heeft het functievoorschrift: `g(x) = x - 4sqrt(x)` .
De gevraagde inhoud wordt:
`int_0^(16) pi(x - 4sqrt(x))^2 text(d)x = int_0^(16) pi(x^2 - 8x^(1,5) + 16x)^2 text(d)x = [pi(1/3 x^3 - 16/5 x^(2,5) + 8x^2)]_(0)^(16) = 136 8/15 pi` .

Opgave 11
a

`text(opp)(G) = int_0^3 (-(x - 2)^2 + 6 - x^2 + 2x - 2) text(d)x = int_0^3 (-2x^2 + 6x) text(d)x = [-2/3 x^3 + 3x^2]_(0)^(3) = 9` .

b

`I = int_0^3 pi(-(x - 2)^2 + 6)^2 text(d)x - int_0^3 pi(x^2 - 2x + 2)^2 text(d)x = [pi(-x^4 + 4/3x^3 + 12x^2)]_(0)^(3) = 63pi` .

Opgave 12
a

`int_a^r pi(sqrt(r^2 - x^2))^2 text(d)x = int_a^r pi(r^2 - x^2) text(d)x = [pi(r^2 x - 1/3 x^3)]_(a)^(r) = 2/3 pi r^3 - pi r^2 a + 1/3 pi a^3` .

b

Je krijgt de bedoelde kegel door `y = (sqrt(r^2 - a^2))/a * x` te wentelen om de `x` -as.
Dit geeft: `int_0^a pi((sqrt(r^2 - a^2))/a * x)^2 text(d)x = int_0^a pi((r^2 - a^2)/(a^2) * x^2) text(d)x = [pi((r^2 - a^2)/(a^2) * 1/3 x^3)]_(0)^(a) = 1/3 pi r^2 a - 1/3 pi a^3` .
De totale bolsector heeft dan als inhoud: `2/3 pi r^2 (r - a)` .

Opgave 13

Merk eerst op dat `q = sqrt(p)` .
Nu is de inhoud van het lichaam dat ontstaat door `V` om de `x` -as te wentelen `int_0^p pi(sqrt(x))^2 text(d)x = pi p` .
Verder is de inhoud van het lichaam dat ontstaat door `W` om de `y` -as te wentelen `int_0^(sqrt(p)) pi(y^2)^2 text(d)y = 1/5 pi (sqrt(p))^5` .
Dus moet: `pi p = 1/5 pi (sqrt(p))^5` zodat `5p = p^2 sqrt(p)` en dit geeft `p = 0 vv p = root[3](25)` .

Opgave 14
a

Nulpunten (algebraïsch) zijn ( ± 1 , 0 ), verticale asymptoot x = 0, horizontale asymptoot y = 2.

b

`text(opp)(V) = int_1^3 (x - (2 - 2/(x^2))) text(d)x = [1/2 x^2 - 2x - 2/x]_(1)^(3) = 1 1/3` .

c

`I = int_1^3 pi x^2 text(d)x - int_1^3 pi (2 - 2/(x^2))^2 text(d)x = [pi(1/3 x^3 - (4x + 8/x - 2/(x^2)))]_(1)^(3) = 4 2/9 pi` .

Opgave 15

Eerst y = 4 x x herleiden naar y = ( 4 y ) 2 3 .
De gevraagde inhoud is 2 4 π ( ( 4 y ) 2 3 ) 2 d x = [ 3 7 π ( 4 y ) 7 3 ] 2 4 = 12 7 π 2 3 .

verder | terug