Bekijk de applet.
Bij exponentiële groei gaat het om functies van de vorm . Neem je , dan hebben deze functies de vorm . Ga na dat de helling van de grafiek, de groeisnelheid per eenheid, af hangt van
de grootte van . Neem je bijvoorbeeld , dan zie je de helling groter worden als groter wordt.
Neem je bijvoorbeeld dan zie je dat de helling voor elke recht evenredig is met : .
Voor geldt: .
Dus als dan is .
Voor geldt: .
Dus als dan is .
Er lijkt een waarde van te bestaan (tussen en ) waarvoor geldt dat . Ga na, dat dit bij het geval is. Het getal waarbij dit PRECIES het geval is, is net zo'n bijzonder getal
als . Dit getal heeft de letter gekregen:
Voor dit getal geldt: als , dan is .
Met reken je net als met alle exponentiële functies. Er hoort dus ook een logaritme met grondtal bij...
Lees eerst de
Bekijk de grafiek van `f(x) = 3^x` en (een benadering van) zijn afgeleide. Laat zien dat `f'(x) ~~ 1,10 * 3^x` , dus `c ~~ 1,10` .
Bekijk de grafiek van `f(x) = 2,5^x` en (een benadering van) zijn afgeleide. Bepaal nu zelf de bijpassende waarde van `c` .
Doe ditzelfde ook voor `f(x) = 2,7^x` en `f(x) = 2,8^x` .
Is er een getal `g` waarvoor `c = 1` ? Hoe groot is dit getal ongeveer?
Gegeven de functie `f(x) = g^x` . De verandering van `f` op een klein interval `[x, x + h]` is: `(Delta y)/(Delta x) = (g^(x + h) - g^x)/(h)` .
Leg dat met behulp van een figuur uit. (Maak eventueel een eigen applet in GeoGebra!)
Laat zien, dat `(Delta y)/(Delta x) = (g^(h) - 1)/(h) * g^x` .
Waarom kun je hieruit afgeleiden dat `f'(x) = c * g^x` ?
Neem `g = text(e)` en bepaal met behulp van het antwoord van b de waarde van `text(e)` .
Bekijk de grafiek van de functie `f(x) = text(e)^x` .
Hoe voer je die grafiek in je grafische rekenmachine in? Welke asymptoot heeft die grafiek?
Waar in de grafiek vind je het getal `text(e)` ?
Los met je grafische rekenmachine op `text(e)^x = 10` . Geef je antwoord in twee decimalen nauwkeurig.
De exacte oplossing van `text(e)^x = 10` is gelijk aan .
Laat zien dat je zo dezelfde waarde voor `x` vindt als bij c.
In plaats van wordt in de wiskunde `ln(...)` gebruikt. Je rekenmachine heeft een speciale toets voor `ln(...)` .
Los nu zowel exact als in drie decimalen nauwkeurig op: `text(e)^x = 20` .
Los op: `1/50 ≤ text(e)^x ≤ 50` . Geef benaderingen in drie decimalen nauwkeurig.
Welk hellingsgetal heeft de grafiek van `f(x) = text(e)^x` in het punt `(1,text(e))` ? Stel een vergelijking op van de raaklijn in dat punt.