Bij het exponentiële groeimodel hoort een functie van de vorm of of .
(In de figuur is en .)
Teken je dergelijke functies op enkellogaritmisch papier dan wordt de grafiek een rechte lijn.
Bij een machtsfunctie als model hoort een voorschrift van de vorm .
(In de figuur is en .)
Van dergelijke functies is de grafiek op dubbellogaritmisch papier een rechte lijn.
Bij een geremd exponentieel groeimodel hoort een functie als .
Kenmerkend voor dit groeimodel is, dat de groei eerst vrijwel exponentieel verloopt,
maar op zeker moment (voedselgebrek, te weinig ruimte) afremt. De groeisnelheid die
eerst toeneemt, gaat vanaf dat moment afnemen. In dit groeimodel is de horizontale asymptoot en vind je de grootste groeisnelheid bij N(t) = 1 2 G.
(In de figuur is , en .)
Er zijn tenslotte nog situaties waarin het verschil met een constante waarde exponentieel afneemt. Daarbij hoort een groeimodel van de vorm . Kenmerkend voor dit groeimodel is dat de groeisnelheid vanaf het begin afneemt. (In de figuur is , en .)