Werken met formules > Vergelijkingen
123456Vergelijkingen

Voorbeeld 4

De vergelijking x + x 2 = 10  kun je oplossen met inklemmen.

> antwoord

Eerst maak je de grafieken van y 1 = x + x 2 en y 2 = 10 op de grafische rekenmachine. Breng ze zo in beeld dat alle snijpunten zichtbaar zijn! De grafieken snijden elkaar tweemaal. De vergelijking heeft twee oplossingen.

Voor de positieve oplossing moet je zoeken tussen 2 en 3. Stel de tabel in op stappen (voor x) van 0,1.
Je ziet dat je verder moet zoeken tussen 2,7 en 2,8.
Het zoekgebied wordt kleiner, je klemt de oplossing in.

Stel vervolgens een stapgrootte van 0,01 in en zoek tussen 2,70 en 2,80.
Nu zie je dat de oplossing tussen 2,70 en 2,71 ligt, het dichtst bij 2,70.
Zo vind je op twee decimalen nauwkeurig: x 2,70 .
Als een nauwkeuriger oplossing wordt verlangd, moet je nog door zoeken tussen 2,700 en 2,710.

Op dezelfde manier bepaal je de andere oplossing.
Op twee decimalen nauwkeurig is de volledige oplossing: x 2,70 en/of x -3,70 .

Opgave 5

Niet alle vergelijkingen kun je met de balansmethode, door terugrekenen of ontbinden in factoren systematisch oplossen. De oplossing vinden door inklemmen werkt daarentegen wel altijd. Je moet dan van tevoren een idee hebben van het zoekgebied, dus van het gebied waarin de oplossing is te vinden. In Voorbeeld 4 kun je nalezen hoe je de inklemmethode gebruikt samen met je grafische rekenmachine.
Los de volgende vergelijkingen op met de inklemmethode. Geef je oplossingen in drie decimalen nauwkeurig.

a

x 3 = 4 - x .

b

600 a = 18 + 0 , 04 a

Opgave 6

Los de volgende vergelijkingen op met de grafische rekenmachine. Geef waar nodig benaderingen in twee decimalen nauwkeurig.

a

x 3 + 2 x = 16

b

x + x = 10

c

l + 10 l = 10

d

300 p + 4 = 20

verder | terug