Bij functies van de vorm hangt het verloop van de functie af van de waarde van .
Voor bijvoorbeeld krijg je een kwadratische functie met als grafiek een parabool. Deze functie is dalend
voor en stijgend voor .
Voor krijg je een lineaire functie, die stijgend is voor elke waarde van .
In dit onderdeel zul je zien dat voor negatieve en gebroken waarden van je machtsfuncties krijgt met weer een ander karakter.
Je leert in dit onderwerp:
het verband tussen de waarde van en het verloop van de grafiek van kennen;
het verloop van functies die door transformaties van ontstaan.
Voorkennis:
werken met functies en grafieken, ook met de grafische rekenmachine;
vergelijkingen met machten oplossen.