Periodieke functies > Periodiciteit
1234567Periodiciteit

Voorbeeld 2

Een opslagtank bevat 1000 liter brandstof op dag t = 0. In 20 dagen neemt dat gelijkmatig af tot 100 liter. Dan wordt hij in 1 dag bijgevuld tot 1000 liter, enz.

Hoeveel zit erin na 75 dagen?

> antwoord

De inhoud is een periodieke functie met een periode van 21 dagen. Na 75 dagen is de inhoud hetzelfde als hij was na 54, na 33 en na 12 dagen.
Je bekijkt daarom de lineaire functie door de punten ( 0 , 1000 ) en ( 20 , 100 ) .
Hiervan is de helling - 900 20 = -45 .

Dus is de gevraagde inhoud 1000 - 12 45 = 460 liter.

Opgave 5

In Voorbeeld 2 gaat het over het leeglopen en weer vullen van een brandstoftank. De hoogte van de brandstof in de tank is een periodiek verschijnsel.

a

Hoeveel bedraagt de periode?

b

Leg uit waarom er 550 liter in de tank zit op t = 10 + k 21 t = 20,5 + k 21 .

c

Voor welke waarden van t zit er 100 liter in de tank?

d

Hoeveel zit er in de brandstoftank na 500 dagen?

Opgave 6

Hier zie je de grafiek van de periodieke functie f . Het domein is (dus de grafiek loopt naar beide kanten oneindig ver door).

a

Bepaal de periode van deze functie.

b

Bepaal f ( 81 ) en f ( 91 ) .

c

Los op: f ( x ) = 6 met 75 x 85 .

d

Bepaal f ( -5 ) .

e

Los op: f ( x ) = 4 met -100 x -90 .

verder | terug