Periodieke functies > Periodieke modellen
1234567Periodieke modellen

Theorie

Wanneer je een periodiek verschijnsel kunt beschrijven met een sinusoïde kun je daarbij een passend functievoorschrift maken door

  • de evenwichtslijn y = d te bepalen;

  • de amplitude a (maximale uitwijking van de evenwichtslijn) te bepalen;

  • de periode p te bepalen;

  • de horizontale verschuiving (t.o.v. de standaardgrafiek) c te bepalen.

Er zijn dan twee functievoorschriften mogelijk:

  • f ( x ) = a sin ( b ( x c 1 ) ) + d waarin b = 2 π p

  • f ( x ) = a cos ( b ( x c 2 ) ) + d waarin b = 2 π p

Let er wel op dat de waarden voor a, b en d bij beide grafieken hetzelfde zijn, maar de waarden van c niet. De verschuiving t.o.v. de standaardsinus is immers anders dan t.o.v. de standaardcosinus.

verder | terug