Rijen > Regelmaat in rijen
12345Regelmaat in rijen

Antwoorden van de opgaven

Opgave V1

Bereken voor bedrijf A hoe het loon zich ontwikkelt.

jaar

1

2

3

4

5

loon

€ 30000

€ 30600

€ 31212

€ 31836

€ 32473

Het totale verdiende loon voor deze werknemer bedraagt in deze vijf jaar: `30000 + 30600 + 31212 + 31836,24 + 32472,96 = 156121,20` euro.

Bereken zo ook de loonontwikkeling voor bedrijf B.

jaar

1

2

3

4

5

loon

€ 30000

€ 30700

€ 31400

€ 32100

€ 32800

Het totale verdiende loon in deze vijf jaar bedraagt voor deze medewerker: `157000` euro.

De werknemer van bedrijf B verdient het meest na vijf jaar en heeft ook gedurende de vijf jaren het meest verdiend.

Opgave 1
a

`43` , `47` , `51`

b

`1024` , `2048` , `4096`

c

Op volgorde: `text(-)9` , `text(-)5` , `text(-)1` .

d

Vooruitrekenen: `-8` .

Achteruitrekenen: `+8` .

e

Vooruitrekenen: `xx1/4` of `:4` .

Achteruitrekenen: `: 1/4` of `xx4` .

Opgave 2
a

Per paaltje gaat er `0,1` af. In totaal gaat er `10*0,1 = 1` af. Op het gevraagde paaltje staat: `81,0 - 1 = 80,0` .

b

Per paaltje komt er `0,1` bij. In totaal komt er `100*0,1 = 10` bij. Op het gevraagde paaltje staat: `81,0 + 10 = 91,0` .

c

Vooruit komt er steeds `0,1` bij. Achteruit gaat er telkens `0,1` af.

d

Een rij met een lineair verband.

e

`50*0,1 = 5`

f

`105,5 - 81,0 = 24,5`

Per paaltje komt er `0,1` bij. Dus: `(24,5)/(0,1) = 245` paaltjes verder.

Opgave 3
a

`13`

b

`u_4 = 23`

c

`u_5 = 23 + 5 = 28`

Opgave 4
a
nummer 0 1 2 3 4
term 33 40 47 54 61
b

`u(3) = 54`

c

`u(6) = 61 + 7 + 7 = 75`

d

`u(15) = 33 + 15*7 = 138`

Opgave 5

In het voorbeeld staat de tabel met `n` van `0` t/m `8` .
De eerste term is `u_0 = 200` . De vierde term is `182` , dus `u_3 = 182` .

In de rest van de tabel geldt de regelmaat `-6` , dus `u_9 = u_8 - 6 = 152 - 6 = 146` . Op vergelijkbare wijze blijkt `u_10 = u_9 - 6 = u_8 - 2*6 = 140` .

En `u_100 = 200 - 100*6 = text(-)400` .

Opgave 6

Begin met het maken van een tabel met `n` van `0` t/m `8` .
De vierde term is `166` , dus zoek `u_3 = 166` .
Bereken de rest van de tabel door gebruik te maken van de regelmaat `-3` . Doe bij vooruitrekenen steeds `-3` en bij achteruitrekenen `+3` .

`n` `0` `1` `2` `3` `4` `5` `6` `7` `8`
`u_n` `175` `172` `169` `166` `163` `160` `157` `154` `151`

En `u_50 = 175 - 50*3 = 25` .

Opgave 7

Bekijk in het voorbeeld de tabel met `n` van `0` t/m `8` .
De eerste term is `u_0 = 4` . De vierde term is `text(-)32` , dus `u_3 = text(-)32` .
De regelmaat in de rest van de tabel is `xxtext(-)2` . Dus `u_9 = text(-)2*u_8 = text(-)2*1024 = text(-)2048` . Op vergelijkbare wijze blijkt `u_10 = text(-)2*u_9 = (text(-)2)^2*u_8 = 4096` .

En `u_20 = 4*(text(-)2)^20 = 4194304` .

Opgave 8

Begin met het maken van een tabel met `n` van `0` t/m `8` .
De vierde term is `text(-)27` , dus `u_3=text(-)27` .
Bereken de rest van de tabel door gebruik te maken van de regelmaat `xxtext(-)3` . Doe bij vooruitrekenen steeds `xxtext(-)3` en bij achteruitrekenen `:text(-)3` .

`n` `0` `1` `2` `3` `4` `5` `6` `7` `8`
`u_n` `1` `text(-)3` `9` `text(-)27` `81` `text(-)243` `729` `text(-)2187` `6561`

En `u_16 = 1*(text(-)3)^16 = 43046721` .

Opgave 9
`n` `0` `1` `2` `3` `4` `5` `6`
`u(n)` `33` `36` `39` `42` `45` `48` `51`

`u_0 = 33` , `u_6 = 51` en `u_50 = 33 + 50*3 = 183` .

Opgave 10
`n` `0` `1` `2` `3` `4` `5` `6`
`u(n)` `160000` `80000` `40000` `20000` `10000` `5000` `2500`

`u_0 = 160000` , `u_6 = 2500` en `u_14 = 160000*(1/2)^14 = 9,765625` .

Opgave 11

In het begin zijn er `2000` bacteriën. Na één kwartaal zijn dit er `2000*2 = 4000` , na twee kwartalen zijn het er `4000*2 = 2000*2^2 = 8000` , enzovoort.
Een jaar bestaat uit vier kwartalen, dus na twee jaar is het aantal bacteriën: `2000*2^8 = 512000` .

Opgave 12
a

`14-6 = 8` , de regelmaat is `+8` , dus:

`u_1 = 6 = 6 + 0*8`
`u_2 = 14 = 6 + 1*8`
`u_3 = 22 = 6 + 2*8`
`...`
`u_25 = 6 + 24*8 = 198` .

b

`3000/6000 = 1/2` , de regelmaat is `:2` , dus:

`u_0 = 6000000 = 6000000*(1/2)^0`
`u_1 = 3000000 = 6000000*(1/2)^1`
`u_2 = 1500000 = 6000000*(1/2)^2`
`...`
`u_10 = 6000000*(1/2)^10 = 5859,375` .

Opgave 13
a

Verdieping nummer 0 is de begane grond, de nulde verdieping. De eerste verdieping waar de lift daarna stopt, is de eerste verdieping, bij nummer 1. Daarna wordt er voor verdieping nummer 2, 3 en verder telkens 4 bij opgeteld.

nummer 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9
verdieping 0 1 5 9 13 17 21 25 29 33
b

Op de zesde verdieping.

c

De persoon staat op de `54+10*4=94` e verdieping.

d

`78 - 10 = 68` , dus `68/4 = 17` stops.

Opgave 14
a

`0,50*52 = 26` euro.

b

`1,00*52 = 52` euro.

c
`n` 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
`u_n` 26 52 78 104 130 156 182 208 234 260
d

`26 + 52 + 78 = 156` euro.

Opgave 15De rij van Fibonacci
De rij van Fibonacci
a

Twee maanden geleden waren er `3` konijnenparen, die hebben zichzelf de vijfde maand voortgeplant. Tel deze `3` nieuwe konijnenparen op bij de `5` die er één maand geleden waren: `5+3=8` .

b
`n` `0` `1` `2` `3` `4` `5` `6`
`u_n` `1` `1` `2` `3` `5` `8` `13`
c

Tel steeds de vorige twee termen bij elkaar op om de volgende term te berekenen.

d

De achtste term is `u_7 = 8 + 13 = 21` .

De negende term is `u_8 = 13 + 21 = 34` .

Opgave 16Graankorrels op het schaakbord
Graankorrels op het schaakbord
a
veldnummer `1` `2` `3` `4` `5` `6` `7` `8` `9` `10`
aantal graankorrels `1` `2` `4` `8` `16` `32` `64` `128` `256` `512`
b

`1*2^19 = 524288`

c

`a_(64) = 1*2^63 ~~ 9,22*10^18`

Opgave 17
a

`43, 47, 51`

b

`1024, 2048, 4096`

c

Op volgorde: `text(-)9, text(-)5, text(-)1` .

d

Vooruit rekenen: `-8` .

achteruitrekenen: `+8` .

e

Vooruit rekenen: `xx1/4` of `:4` .

achteruitrekenen: `: 1/4` of `xx4` .

Opgave 18
a

`u_4 = 67` en `u_100 = 355` .

b

`u_4 = 278,4375` en `u_100 ~~ 2,236*10^19` .

verder | terug