Je beschrijft een rij met een recursieformule (soms wordt "recursieve formule" gebruikt) om de regelmaat goed weer te geven. Daarmee kan de volgende term alleen berekend worden als de vorige term bekend is. Daarom moet er altijd een beginwaarde bij de formule gegeven zijn. De nummering kan starten bij `0` of bij  `1` . Dit wordt altijd aangegeven.

Bij een rij met een lineair verband ontstaat elke term door bij de vorige term een vaste toename `a` op te tellen.
De algemene recursieformule voor een rij met een lineair verband is:
`u_n = u_(n-1) + a` of ook wel `u(n) = u(n-1) + a` .

Bij een rij met een exponentieel verband ontstaat elke term door bij de vorige term met een vast getal `r` (genaamd de "reden" of de "groeifactor" ) te vermenigvuldigen.
De algemene recursieformule voor een rij met een exponentieel verband is:
`u_n = u_(n-1)*r` of ook wel `u(n) = u(n-1) * r` .