Veranderingen > Hellingsgrafiek
123456Hellingsgrafiek

Uitleg

Bekijk de applet: Hellinggrafiek

Je ziet hier de grafiek van de functie f ( x ) = x 2 met daarin de raaklijn aan de grafiek in ( 1 , 1 ) .
De richtingscoëfficiënt van die raaklijn bepaalt de helling van de grafiek bij x = 1 .
Deze helling is de snelheid waarmee de functiewaarden veranderen op x = 1 , aangegeven door het differentiaalquotiënt f ' ( 1 ) .

Als je de waarden van x verandert, veranderen ook de hellingswaarden f ' ( x ) .
Je kunt van die hellingswaarden een afzonderlijke grafiek maken: de hellingsgrafiek. Je ziet hem hier ook getekend. Beweeg punt P over de grafiek en ga na dat de hellingsgetallen van de raaklijn overeen komen met de functiewaarden van de hellingsgrafiek.

Als je de grafiek van de functie f en die van zijn hellingsfunctie f ' vergelijkt, dan valt op:

  • als de grafiek stijgend is, is de helling positief (en omgekeerd);

  • als de grafiek dalend is, is de helling negatief (en omgekeerd);

  • in toppen van de grafiek (en dus extremen van de functie) is de helling 0.

Deze eigenschappen kun je soms goed gebruiken om uit een hellingsgrafiek de karakteristieke eigenschappen van de grafiek van f af te leiden. Uit de hellingsgrafiek van een functie kun je bijvoorbeeld zijn (locale) extremen aflezen. Een paar haken en ogen zitten er nog wel aan, maar daar ga je pas later op in...

Opgave

Bekijk de grafiek van f ( x ) = x 2 . Stel dat je punt P over de grafiek kunt bewegen en zo in elk punt van de grafiek van f de raaklijn aan de grafiek bekijken en de helling f ' ( x ) ervan aflezen. Als je de grafiek op je grafische rekenmachine maakt, kun je met dy/dx in elk punt de helling bepalen.

a

Vul deze tabel in:

x -3 -2 -1 0 1 2 3
f ' ( x )
b

Met behulp van deze tabel kun je de hellingsgrafiek van deze functie tekenen. Ga na, dat die hellingsgrafiek overeen komt met de blauwe grafiek in de figuur.

verder | terug