Bekijk de advertentie van de Postcodeloterij.
Noem twee als-dan-redeneringen die deze advertentie bevat.
Bekijk de als-dan-redenering.
"Als Tessa een voldoende haalt voor wiskunde, dan trakteert ze op taart."
Formuleer de omkering van deze bewering. Heeft deze dezelfde betekenis? Waarom?
Gegeven is de bewering
`K`
: "Vierhoek
`ABCD`
is een rechthoek."
Formuleer beweringen
`A`
,
`B`
en
`C`
die aan de volgende voorwaarden voldoen.
`A`
is een nodige, maar geen voldoende voorwaarde voor
`K`
.
`B`
is een voldoende, maar geen nodige voorwaarde voor
`K`
.
`C`
is een nodige en voldoende voorwaarde voor
`K`
.
Gegeven zijn de beweringen:
`A`
: "Mensen zijn moe."
`B`
: "Mensen beleggen hun spaargeld verkeerd."
Schrijf de zin als een implicatie.
Maak bij deze implicatie een waarheidstabel.
Zoek met een waarheidstabel uit of `not A rArr not B` een ontkenning is van `A rArr B` .
Toon aan dat
`P rArr Q`
en
`¬P ∨ Q`
logisch gelijkwaardig zijn.
Pas dit vervolgens toe op de uitdrukking: "Je verslaapt je niet nog een keer of je gaat eerder naar bed."