Je ziet een paar blokken uit een blokkenkist. De cilinder, de kegel en de bol hebben
een even grote diameter. De hoogte van de cilinder en de kegel is twee keer deze diameter.
De oppervlakte van een bol met straal
`r`
is
`4*pi*r^2`
.
Hoeveel keer zoveel lak is er nodig om de cilinder te verven, vergeleken met de bol?
De oppervlakte van een kegel met straal
`r`
en hoogte
`h`
is
`pi*r*sqrt(r^2+h^2) + pi*r^2`
.
Hoeveel keer zoveel lak is er nodig om de cilinder te verven, vergeleken met de kegel?
Je ziet hier drie genummerde figuren. Alle afmetingen zijn in cm.
Bereken de oppervlakte van elke figuur.