Perspectief > Perspectief
123456Perspectief

Antwoorden van de opgaven

Opgave V1

Evenwijdige lijnen lopen op de foto niet evenwijdig, maar lopen naar elkaar toe. Ze lopen naar een punt op de horizon. Dat komt omdat voorwerpen (dus ook lijnstukken die afstand aangeven) kleiner lijken te worden naarmate ze verder van je af zijn.

Opgave 1

A: perspectief; B: parallelprojectie; C: perspectief; D: parallelprojectie.

Opgave 2
Opgave 3

Het verdwijnpunt en oogpunt zijn weer hetzelfde punt.

Opgave 4

Figuur 1: parallelprojectie.

Figuur 2: éénpuntsperspectief

Figuur 3: parallelprojectie

Figuur 4: tweepuntsperspectief

Opgave 5
a
b

De ene diagonaal loopt evenwijdig met de horizon, maar de andere diagonaal staat niet loodrecht op deze lijn, want het grondvlak is niet vierkant. Het getekende oogpunt kan niet goed zijn. In werkelijkheid ligt het links van het getekende oogpunt. Dit komt omdat je een lijn moet tekenen loodrecht op de diagonaal die evenwijdig loopt aan de horizon.

Opgave 6

Dit punt is ook het oogpunt, omdat dat het verdwijnpunt is van alle lijnen die loodrecht op het tafereel staan.

Opgave 7

Het oogpunt is het snijpunt van de twee lijnen in de figuur, de horizon loopt horizontaal en door het oogpunt heen.

Opgave 8

Er zijn geen lijnen loodrecht op het tafereel te zien in de figuur.

Opgave 9
a

Je ziet in de figuur al twee verdwijnpunten. Trek een lijn door die twee verdwijnpunten.

b
Opgave 10

Zie figuur.

Opgave 11

Ze zijn even groot afgebeeld, omdat ze in werkelijkheid waarschijnlijk even groot zijn. Omdat het ene beeldje verder van het tafereel staat, zou dat in de afbeelding kleiner moeten zijn.

Opgave 12
a

Eénpuntsperspectief.

b

In een eenpuntsperspectieftekening is het verdwijnpunt ook het oogpunt.

Opgave 13
Opgave 14
a

Tweepuntsperspectief.

b
c

De horizon ligt buiten de afbeelding.

d
e

De snijpunten van de diagonalen liggen niet te ver buiten de afbeelding.

f

Geen van beide diagonalen van de tegels is evenwijdig met de horizon.

Opgave 15
a
b
Opgave 16

Links en rechtsboven. De bovenkanten van de gebouwen lopen niet naar het bijbehorende verdwijnpunt.

Opgave 17
a

Ja, kijk precies in de richting van twee diagonaal tegenover elkaar liggende hoekpunten.

b

Nee.
Bedenk dat alle zijden in werkelijkheid wel even lang zijn, maar in perspectief niet. Sommige zijden bevinden zich verder van het tafereel dan andere en worden dus korter getekend.

Opgave 18Agung Moskee
Agung Moskee
a
b

Nee, want de twee voorste parasollen zijn in 3D verticaal en evenwijdig. Als het tafereel ook verticaal stond, zouden de parasollen in 2D ook evenwijdig moeten zijn. Maar dat is niet zo, dus het tafereel staat niet verticaal.

Opgave 19
Opgave 20
a
b
verder | terug