Vul de coördinaten in.
Nee
Eigen antwoord.
`z=0`
Een lijn is een snijlijn van twee vlakken. Je hebt er daarom twee vergelijkingen in `x` , `y` en `z` voor nodig.
Een vlak waarin `z` elke waarde kan aannemen, onafhankelijk van de waarden van `x` en `y` . Je krijgt dus een vlak evenwijdig aan de `z` -as.
invullen in geeft (en dit klopt voor elke ).
B.v. en
B.v. .
B.v. `((x),(y),(z))=((0),(2),(0))+q((3),(-1),(0))+r((0),(-2),(2))` .
Maak van jouw vectorvoorstelling een vergelijking en laat zien dat die vergelijking
gelijkwaardig is met de vergelijking in de
Inproduct = controleren.
`((x),(y),(z))=((3),(2),(2))+q((0),(1),(0))+r((-3),(0),(-2))` en
en .
geeft en .
en invullen geeft .
Doen.
Doen.
Snijpunt .
Vlak en voldoet hieraan.
Doen.
Drie vergelijkingen met drie onbekenden oplossen.
B.v. de -as.
Doen.
`BCM: y+2z=4` en lijn door en loodrecht snijden met . Je vindt als snijpunt en afstand .
Nee, geen snijpunt.
B.v. `((x),(y),(z))=((0),(0),(2))+t((3),(-1),(3))` .
en . en zijn punten die aan beide vergelijkingen voldoen.
en
`PQ: ((x),(y),(z))=((0),(2),(4))+t((3),(-1),(-1))`
`ACD: ((x),(y),(z))=((0),(0),(4))+p((3),(0),(-2))+q((0),(1),(-1))`
invullen in geeft tegenspraak.
Geen snijpunt.
Zoek twee richtingsvectoren die loodrecht op de normaalvector staan. Een mogelijke v.v. is: `((x),(y),(z))=((0),(4),(4))+p((1),(-2),(0))+q((1),(0),(-1))` .
, en
`BG: ((x),(y),(z))=((0),(4),(4))+a((1),(0),(1))` , `BR: ((x),(y),(z))=((4),(4),(0))+b((0),(2),(-1))` , `RQ: ((x),(y),(z))=((4),(0),(2))+c((1),(0),(-1))` , `QG: ((x),(y),(z))=((0),(4),(4))+d((-1),(2),(0))`
en
`text(d)(P, V)= 2`
Vlak .
Lijn `((x),(y),(z))=t((2),(1),(-3))` .
Vlak .
Vlak .
Lijn `((x),(y),(z))=((1),(2),(0))+p((-1),(1),(0))` .
en
is een veelvoud van en dus zijn en evenwijdige lijnstukken.
en en snijpunt .
`d(O, V)=|d|/sqrt(a^2+b^2+c^2)` en `d(P, V)=|ap_1+bp_2+cp_3-d|/sqrt(a^2+b^2+c^2)` .