Een kromme wordt beschreven door
`x(t)=8cos(t)`
,
`y(t)=8sin(t)`
en
`z(t)=10+8sin(2t)`
met
`0≤t≤2π`
.
Het
`Oxy`
-vlak is het grondvlak,
`z`
is de hoogte boven dit grondvlak.
Wat stel je je hierbij voor kromme voor?
Stel je voor dat het punt
`P`
over deze kromme loopt.
Hoe ziet de beweging van `P` er uit als je loodrecht op het `Oxy` -vlak kijkt?
Hoe ziet de beweging van `P` er ruimtelijk uit? (Probeer een schets te maken.)