Complexe getallen > Formule van Euler
123456Formule van Euler

Voorbeeld 4

Bereken `z_1 = 3 + 4text(i)` en `z_2 = 1/((3 + 4text(i))^4)` .

> antwoord

Stel eerst vast dat `3+4text(i)≈5text(e)^(0,93text(i))` .

Dan is `z_1 = 3+4text(i) = (3+4text(i))^(0,5) ~~ (5*text(e)^(0,93text(i)))^(0,5) = 5^(0,5)*text(e)^(0,5*0,93text(i)) = 5text(e)^(0,46text(i))` .
En dus is `z_1≈5(cos(0,46)+text(i)sin(0,46))=2+text(i)` .
(Het is wel zaak om niet tussentijds af te ronden!)

Verder is `z_2 = 1/((3+4text(i))^4) = (3+4text(i))^(text(-)4) ~~ (5text(e)^(0,93text(i)))^(text(-)4) = 5^(text(-)4)*text(e)^(text(-)4*0,93text(i)) ~~ 5text(e)^(0,46text(i))` .
En dus is `z_2 ≈ 1/625(cos(text(-)3,72)+text(i)sin(text(-)3,72)) ≈ text(-)0,001+8,602text(i)` .
(Op drie decimalen nauwkeurig.)

Opgave 9

In Voorbeeld 4 kun je zien hoe je met behulp van de formule van Euler wortels en negatieve machten van een complex getal met de hand berekent.

a

Loop zelf de berekeningen in het voorbeeld na.

b

De stelling van De Moivre is met behulp van de formule van Euler uit te breiden tot willekeurige reële waarden van n . Licht dit toe.

verder | terug