Behalve reizen met de bus en de trein binnen Nederland kun je ook op andere manieren reizen. Bijvoorbeeld kun je met de auto reizen, of met de trein naar het buitenland, of een bootreis maken, of...
Kies een manier van reizen en een vakantiebestemming. Zoek via het internet hoeveel zo'n reis gaat kosten afhankelijk van het aantal dagen dat je met vakantie gaat. Probeer meerdere aanbieders te vergelijken en formules op te stellen waarbij de kosten `K` afhangen van het aantal dagen `d` dat je er bent. Bereken vanaf hoeveel dagen de éne aanbieder goedkoper is dan de andere.
Vrouwen leggen tijdens een schaatstoernooi onder andere de 3000 meter af. In de tabel staan de tijden van een schaatster tijdens een rit over 3000 meter:
afstand (m) | 200 | 600 | 1000 | 1400 | 1800 | 2200 | 2600 | 3000 |
tijd (sec) | 19,7 | 53,7 | 87,8 | 121,6 | 155,5 | 188,7 | 222,5 | 256,5 |
Uit de tabel kun je opmaken dat de schaatster niet steeds even hard schaatste. Toch kun je proberen een formule te maken bij het verband tussen de afstand en de tijd.
Teken in een assenstelsel de acht punten uit de tabel. Teken zo goed mogelijk een rechte lijn door de punten (de lijn gaat door de oorsprong). Door welk punt moet die lijn in ieder geval gaan?
Hoeveel meter schaatste deze schaatster gemiddeld per seconde?
Welke formule geldt voor deze schaatster bij het verband tussen de afgelegde afstand `a` (in m) en de tijd `t` (in seconden)?
Verzamel actuele gegevens met betrekking tot de eindtijden van zowel voor mannen als vrouwen. Gebruik bijvoorbeeld de wereldrecords op de 500, de 1500, de 3000, de 5000 en de 10.000 m.
Stel voor ieder van deze afstanden een formule op voor de afgelegde afstand `a` (in m) en de tijd `t` (in seconden). Verklaar de verschillen.