Bekijk de regelmatige vierzijdige piramide
`T.ABCD`
. Dit betekent dat het grondvlak een vierkant is en dat het lijnstuk
`ST`
, dat het midden van het grondvlak verbindt met de top, loodrecht op het grondvlak staat.
Gegeven is:
`AB=4`
cm en
`AT=6`
cm.
Teken een bovenaanzicht en een vooraanzicht.
Het bovenaanzicht is een vierkant van `4` cm bij `4` cm met de ribben `AT` , `BT` , `CT` en `DT` zichtbaar als halve diagonalen van het vierkant. `T` is het snijpunt van die diagonalen.
Het vooraanzicht is een driehoek met hoogte
`TS`
. Die kun je tekenen door
`AB=4`
cm te tekenen en dan op het midden daarvan een hoogtelijn met de lengte van
`TS`
te tekenen. Eerst moet je
`TS`
berekenen, bijvoorbeeld met de stelling van Pythagoras in
`∆AST`
. Daarvan is
`AT=6`
cm en
`AS=2 sqrt(2 )`
.
Dus is:
`TS=sqrt(6^2- (2 sqrt(2 )) ^2)=sqrt(28 )≈5,3`
cm.
Teken zelf de aanzichten.
Bestudeer Voorbeeld 1.
Teken de aanzichten van de regelmatige vierzijdige piramide uit het voorbeeld.
Teken de aanzichten van een regelmatige vierzijdige piramide waarvan alle ribben `6` cm zijn.
Bekijk het plaatje van een vogelhuisje. Hierin zie je ook de aanzichten van het vogelhuisje.
Neem aan dat alle ribben van dit vogelhuisje
`4`
dm lang zijn.
Teken de aanzichten op schaal `1:10` .
Teken de uitslag op schaal `1:10` .