Je hebt al met formules kennis gemaakt. Daarbij gebruik je variabelen, grootheden waarvan de waarde kan variƫren, veranderen. De omtrek `P` van deze rechthoek bijvoorbeeld is `P = x + y + x + y` . Dat wil je natuurlijk korter kunnen schrijven...
Je leert in dit onderwerp:
in uitdrukkingen met variabelen termen en factoren herkennen;
formules herleiden door optellen en aftrekken van gelijksoortige termen;
de vermenigvuldigingspunt gebruiken en die indien mogelijk weglaten;
formules herleiden door vermenigvuldigen van factoren.
Voorkennis:
rekenen, ook met negatieve getallen;
de begrippen formule, grootheid, (letter)variabele, eenheid, substitueren (invullen) en vergelijking;
grafieken bij formules maken en vergelijkingen oplossen met behulp van grafieken en inklemmen of door handig rekenen.