Voor het vermenigvuldigen met steeds hetzelfde getal gebruik je een macht met grondtal en een exponent. Bijvoorbeeld:
.
Reken je zo'n getal uit, dan wordt de uitkomst snel groot: .
Je spreekt van machtsverheffen en je zegt "3 tot de macht 5" , of kortweg "3 tot de vijfde" .
Bij het rekenen hebben machten voorrang op de andere bewerkingen.
Bij vermenigvuldigen van machten met hetzelfde grondtal mag je de exponenten optellen: `3^5 * 3^4 = 3^(5+4) = 3^9` .
Bij delen van machten met hetzelfde grondtal mag je de exponenten aftrekken: `(3^5)/(3^2) = 3^(5-2) = 3^3` .
Zie Voorbeeld 1.
Je kunt ook terugrekenen vanuit machten. Bij terugrekenen vanuit derde machten spreek je van derdemachtswortels. Zie Voorbeeld 2.