|
|
Als er een lineair verband bestaat tussen en heeft de bijbehorende formule de vorm , waarin:
het hellingsgetal of de richtingscoëfficiënt is van de rechte lijn die de grafiek van dit verband is;
het begingetal is: de waarde van bij het snijpunt met de -as.
Als
gaat de lijn door de oorsprong van het assenstelsel. De formule heeft dan de vorm
en in dat geval is
recht evenredig met
.
Er geldt: als
keer zo groot wordt, wordt
ook
keer zo groot.
Twee variabelen
en
zijn omgekeerd evenredig wanneer geldt: als
keer zo groot wordt, wordt
keer zo klein. Bij een omgekeerd evenredig verband hoort een formule van de vorm:
.
In de figuur is de grafiek van een omgekeerd evenredig verband getekend.
Waarden die niet in de tabel of grafiek voorkomen, kun je alleen schatten. Dat kan door:
lineair interpoleren: het schatten van punten tussen twee meetpunten, waarbij je aanneemt dat tussen die twee meetpunten de waarden steeds gelijkmatig toe- of afnemen.
lineair extrapoleren: het schatten van punten buiten het gebied met meetpunten, waarbij je ook aanneemt dat de waarden steeds gelijkmatig blijven toe- of afnemen.