Gegeven is de meetkundige rij `1` , `` , `1/2` , `1/4` , `1/8` , `1/16` , ...
Bereken de som van alle termen van deze rij.
De som van al deze termen kun je zo noteren: 
    `sum_(k=0)^(oo) 1/(2^k)`
.
        Het symbool 
    `oo`
 betekent 
    "oneindig"
. 
        Met de somformule vind je dat 
    `sum_(k=0)^n 1/(2^k)=(1-(1/2)^(n+1))/(1-1/2)`
. 
        Hoe groter je de waarde voor 
    `n`
 kiest, hoe dichter 
    `(1/2)^(n+1)`
 naar 
    `0`
 nadert. 
 Dit betekent dat 
    `sum_(k=0)^(oo) 1/(2^k)=1/(1-1/2)=2`
.
        Er geldt dus dat 
    `1+1/2+1/4+1/8+1/16 + ....=2`
. 
Bereken de som van alle termen van de meetkundige rijen.
`2` , `text(-)1` , `1/2` , `text(-)1/4` , `1/8` , ...
`10` ; `2` ; `0,4` ; `0,02` ; `0,004` ; ...
Gegeven is de meetkundige rij 
    `a`
, 
    `ar`
, 
    `ar^2`
, 
    `ar^3`
, 
    `ar^4`
, ...
                    Waarom kun je de som van alle termen alleen uitrekenen als 
    `text(-)1 < r < 1`
?