Gegeven is het complexe getal
`z=1+2text(i)`
.
Hierna wordt steeds een complexe functie gegeven. Bereken telkens
`f(z)`
.
Leg ook uit, hoe
`f(z)`
in het complexe vlak kan ontstaan uit
`z`
.
`f(z)=2z`
`f(z)=text(i)z`
`f(z)=text(i)z+2`
`f(z)=z^2`
`f(z)=1/z`