Lineaire functies > Lineaire vergelijkingen
12345Lineaire vergelijkingen

Antwoorden van de opgaven

Opgave V1
a

`2` uur

b

Om 8:00 uur geldt: Adams heeft `30/60*100=50` stenen gelegd. Gerekend vanaf 8:00 uur legt Adams in een tijd `t` dus `50+100*t` stenen.
Berends heeft om 8:00 uur nog niets gelegd en legt (gerekend vanaf 8:00 uur) `125*t` stenen.
Door deze twee vergelijkingen aan elkaar gelijk te stellen volgt de oplossing met behulp van de balansmethode:

`50+100*t` `=` `125*t`
beide kanten `100*t` afhalen
`50` `=` `25*t`
beide kanten delen door `25`
`2` `=` `t`

Dus `t = 2` uur.

Opgave V2
a

Adams: `K = 120*a + 40`
Berends: `K = 80*a + 50` .

b

`a = 0,25` m2

Opgave 1
a

Doen; ga na dat je hetzelfde antwoord krijgt als in de uitleg.

b

Er geldt - x + 12 = x + 13 oplossen. Dit geeft 2 x = - 1 en dus x = - 0,5 .
Het snijpunt is ( - 0,5 ; 12,5 ) .

c

6 x - 1 = 3 x + 3 oplossen geeft 3 x = 4 en dus x = 4 3 .
Het snijpunt is ( 4 3 , 7 ) .

d

2 x = 3 oplossen geeft x = 1,5 .
Het snijpunt is ( 1,5 ; 3 ) .

Opgave 2
a

Eigen antwoord. Ook als het je niet lukt kun je de rest van de opgave maken.

b

`s = 100*t` en `s = 70 - 120t` .

c

`100t = 70 - 120t` geeft `220t = 70` en dus `t = 70/220 ~~ 0,32` uur.
Daarbij hoort `s ~~ 100*0,32 = 32` km.

Opgave 3
a

Doen, bekijk achteraf of je hetzelfde hebt gedaan als in het voorbeeld.

b

De lineaire formule bij lijn l is y = - 0,5 x + 5 .
Het snijpunt vind je uit - 0,5 x + 5 = 0,4 x - 2 .
Het snijpunt wordt ( 70 9 , 10 9 ) .

c

l : y = 0,5 x en m : y = - x + 4 .
Voor het snijpunt is 0,5 x = - x + 4 .
Je vindt ( 8 3 , 4 3 ) .

Opgave 4

Voor kaars I geldt: L = 35 - 1,875 t .
Voor kaars II geldt: L = 42 - 2,75 t .
Het gaat nu om de nulpunten van de grafieken bij deze formules.
Voor kaars I levert 35 - 1,875 t = 0 op: t = 18 2 3 .
Voor kaars II levert 42 - 2,75 t = 0 op: t = 15 3 11 .
Reken na dat het tijdsverschil ongeveer `3` uur en `24` minuten is.

Opgave 5
a

De vaste kosten bedragen 3000 + 500 = 3500 euro.
De kosten per gereden km bedragen `1,80 // 12 = 0,15` euro.

b

De vaste kosten bedragen 4000 + 750 = 4750 euro.
De kosten per gereden km bedragen `1,20 // 20 = 0,06` euro.

c

3500 + 0,15 a = 4750 + 0,06 a oplossen geeft `a ~~ 13889` km. En dus ben je inderdaad vanaf ongeveer `13900` km voordeliger uit met een dieselauto.

Opgave 6
a

T K = 350000 + 6,50 q

b

T O = 11,50 q

c

Je vindt ( 70000 , 805000 ) . Dit is het punt waarop het bedrijf uit de kosten gaat komen, vandaar de naam. Als er meer dan 70000 van die lampen worden verkocht, maken ze winst.

Opgave 7
a

v + k = 300 en 3 v + 2 k = 787 .

b

k = - v + 300 en k = - 1,5 v + 393,5 .

c

- v + 300 = - 1,5 v + 393,5 oplossen geeft v = 187 . Het gevraagde snijpunt is ( 187 , 113 ) .

d

`187` kaartjes voor volwassenen en `113` kinderkaartjes.

Opgave 8
a

Doen, eventueel met GeoGebra, Desmos of een grafische rekenmachine. De grafiek van y 1 gaat door ( 0 , 0 ) (en dit is ook gelijk het nulpunt) en ( 4 , 1 ) . De grafiek van y 2 gaat door ( 0 , 5 ) en ( - 2,5 ; 0 ) (en dit is ook gelijk het nulpunt).

b

1 4 x = 2 x + 5 geeft x = - 20 7 . Het snijpunt is ( - 20 7 ; - 5 9 ) .

Opgave 9
a

y 1 = - 0,25 x + 1,25 en y 2 = - 5 3 x + 5 .

b

- 0,25 x + 1,25 = - 5 3 x + 5 geeft - 3 x + 15 = - 20 x + 60 en dus x = 45 17 . Het snijpunt is ( 45 17 , 10 17 ) .

Opgave 10
a

T K = 310000 + 82 x

b

T O = 124,5 x

c

310000 + 82 x = 124,5 x levert op `x ~~ 7294,1` . Er moeten dus minstens `7295` keukenmachines worden verkocht.

Opgave 11

Noem G het totale gewicht van de vrachtauto met x m3 zand. Dan is de bijbehorende formule G = 1,5 x + 4,75 . (Formule bij een lijn door twee punten.)
De vrachtauto weegt leeg dus 4,75 ton.

Opgave 12
a

Eerst omrekenen van km/h naar m/s: de cheetah rent met `30` m/s en de zebra met `20` m/s.

Zebra: `s = 150 + 20t` en cheetah `s = 30t` .

b

`150+20t = 30t` geeft `t = 15` s.

Opgave A1Massa aan een veer
Massa aan een veer
a

`u~~8,2` mm

b

`F = m*g` én `F = c*u` , dus geldt:

`c*u` `=` `m*g`
`u` `=` `g/c*m`
`=` `(9,81)/(2,4)*m`
`~~` `4,1*m`
c

De "oorspronkelijke" massa is `2` kg. Elke keer een extra massa `m` erbij betekent een totale massa van `m+2` kg. Invullen van de formule uit b geeft:
`u_1=4,1*(m+2)=4,1*m+8,2`

d

`u = g/c*(m + 2) = 5,4*m + 5,4`

e
`m` (kg) `0` `1` `2` `3`
`u=4,1*m+8,2` (mm) `8,2` `12,3` `16,4` `20,5`
`u=5,4*m+5,4` (mm) `5,4` `10,8` `16,2` `21,6`
f

`m ~~ 2,15` kg

Opgave A2Een klosje garen
Een klosje garen
a

`G` is de afhankelijke variabele en `l` is de onafhankelijke variabele.

b

`15` gram.

c

`40` m weegt `30` g; `10` m weegt `7,5` g; `1` m weegt `0,75` g.

d

Correct.

e

`15 + 3/4*l = 65` geeft `3/4*l = 50` en `l ~~ 66` m.

Opgave T1
a

De twee roosterpunten zijn ( - 2 , 6 ) en ( 5 , 2 ) . Het hellingsgetal van de lijn m wordt daarom 2 - 6 5 - - 2 = - 4 7 .
Je krijgt dan een formule van de vorm y = - 4 7 x + b .
Nog even de coördinaten van één van beide punten invullen en je kunt b berekenen. De gevraagde lineaire functie wordt y = - 4 7 x + 34 7 .

b

Los op `2x - 2 = text(-)4/7 x + 34/7` .
Beide zijden met `7` vermenigvuldigen en je krijgt `14x - 14 = text(-)4x + 34` en dus `18x = 48` zodat `x = 24/9 = 8/3` . Het snijpunt is `S(8/3, 10/3)` .

c

- 4 7 x + 34 7 = 0 geeft x = 34 4 = 8,5 . Het nulpunt is ( 8,5 ; 0 ) .

d

Het hellingsgetal van deze lijn is hetzelfde als dat van lijn l. De formule heeft dus de vorm y = 2 x + b . Nog even de coördinaten van het gegeven punt invullen en je vindt y = 2 x - 8 .

Opgave T2
a

Met de Toyota `416` km en met de Renault `250` km.

b

`K_T = 75 + 0,12 a` en `K_R = 100 + 0,10 a`

c

De Renault is goedkoper bij meer dan `1250` km.

verder | terug