Machten en wortels > Grafieken verschuiven en vervormen
12345Grafieken verschuiven en vervormen

Voorbeeld 1

De rode grafiek is machtsfunctie `y=x^r` .
Je kunt zelf waarden voor `r` kiezen, bijvoorbeeld `r=4` .

De grafiek van `y_1 = (x+2)^4` ontstaat uit die van `y=x^4` door verschuiving van `text(-)2` in de `x` -richting.

De grafiek van `y_2 = x^4+2` ontstaat uit die van `y=x^4` door verschuiving van `2` in de `y` -richting.

De karakteristieken van de grafiek verschuiven mee.
De top verschuift bij `y_1` naar `(text(-)2, 0)` .
De top verschuift bij `y_2` naar `(0, 2)` .

Opgave 3

Neem als standaardfunctie `y = sqrt(x)` .

Omdat `sqrt(x) = x^(1/2)` moet je in de applet in Voorbeeld 1 dus `r = 0,5` instellen.

a

Door welke transformaties kan de grafiek van `y_2 = sqrt(x-3)` uit die standaardfunctie ontstaan?

b

Door welke transformaties kan de grafiek van `y_3 = sqrt(x-3) + 1` uit die standaardfunctie ontstaan?

c

De grafiek van de standaardfunctie heeft als startpunt `(0, 0)` .
Welk startpunt heeft de grafiek van `y_3` ?

Opgave 4

Neem als standaardfunctie `y = 1/(x^2) = x^(text(-)2)` .

Omdat `1/(x^2) = x^(text(-)2)` moet je in de applet in Voorbeeld 1 dus `r = text(-)2` instellen.

a

Door welke transformaties kan de grafiek van `y_2 = 1/((x+4)^2)` uit die standaardfunctie ontstaan?

b

Door welke transformaties kan de grafiek van `y_3 = 1/((x+4)^2) - 2` uit die standaardfunctie ontstaan?

c

De grafiek van de standaardfunctie heeft beide assen als asymptoten.
Welke asymptoten heeft de grafiek van `y_3` ?

verder | terug