Maak een tabel. In 2021 is het aantal inwoners verdubbeld.
`A = 9,5 * 1,045^t`
Een grafiek die loopt vanaf en dan steeds iets steiler omhoog gaat.
`200000 + 15000*10 = 350000`
`B = 200000*1,05^t`
`200000*1,05^10 ~~ 325779 ~~ 326000`
De groeifactor per jaar (
`12`
maanden) is
`1,05`
.
Noem je de groeifactor per maand
`g`
, dan is
`g*g*g*g*g*g*g*g*g*g*g*g = g^12 = 1,05`
.
De vergelijking
`g^12 = 1,05`
kun je oplossen door de omgekeerde macht te gebruiken:
`g = 1,05^(1/12) ~~ 1,004`
.
De maandelijkse groei is dus ongeveer
`0,4`
%.
Maak eerst tabellen. Neem voor de waarden , , , en .
Maak je tabel nauwkeuriger. In 2027 zijn er in land B voor het eerst meer leden, namelijk ongeveer terwijl er in land A dan leden zijn.
`1534*1,026^6 ~~ 1789`
`1,026^12 ~~ 1,361` en dat is een groeipercentage van ongeveer % per jaar.
`Z = 1789*1,361^t`
Je vindt nu ongeveer zeehonden. Het verschil komt door de afrondingen.
Doen, er zijn twee snijpunten.
Maak zelf de grafieken in GeoGebra en laat dit programma het snijpunt bepalen, of gebruik een grafische rekenmachine. Je vindt `(8, 9)` .
Dit lukt alleen als de groeifactor groter wordt. Vanaf een groeifactor van ongeveer .
Doen, ook nu zijn er twee snijpunten.
Maak zelf de grafieken in GeoGebra en laat dit programma het snijpunt bepalen, of gebruik een grafische rekenmachine. Je vindt `(5,8; 1,1)` .
Tijd | |||||||||
Aantal vlg Simonsz | |||||||||
Aantal vlg Jansma |
`N = 40000 * 1,03^t`
Op den duur zal de formule van mw. Jansma de meeste inwoners opleveren. Bij haar formule komt er jaarlijks een steeds groter aantal bij.
Verdubbeling bij Simonsz: geeft met de balansmethode
`t ~~ 26,7`
jaar.
Verdubbeling bij Jansma:
`40000 * 1,03^t = 80000`
geeft met behulp van GeoGebra of een grafische rekenmachine
`t ~~ 23,4`
jaar.
Volgens de formule van mw. Jansma is het aantal inwoners het eerst verdubbeld.
Je trekt telkens de aantallen inwoners van twee opeenvolgende jaren van elkaar af. Daar komt steeds ongeveer uit. De getallen verschillen wel wat van jaar tot jaar, maar gemiddeld klopt dit wel ongeveer. In een grafiek ziet het er ook redelijk uit als een rechte lijn.
De beginhoeveelheid is op en er komen jaarlijks ongeveer inwoners bij.
Je deelt telkens de aantallen inwoners van twee opeenvolgende jaren op elkaar. Daar komt steeds ongeveer uit. De getallen kunnen wel wat van jaar tot jaar verschillen, maar gemiddeld klopt dit wel ongeveer. In een grafiek zie je de steeds sterkere stijging.
De beginhoeveelheid is op en er is een groeifactor per jaar van ongeveer .
Maak de tabellen en/of grafieken verder af, of werk met GeoGebra of een grafische rekenmachine.
Na het eerste uur is nog deel over, na het tweede uur nog en na het derde uur ook nog . Gemiddeld is er een groeifactor van .
Maak een tabel. Na uur is dit het geval.
Uit volgt .
Uit volgt . Het verschil zit hem in de afronding van de groeifactor.
Per tijdseenheden is er een afname van . Per tijdseenheid dus een afname van .
Bij deze lineaire functie past een formule van de vorm . Nog even en invullen en je krijgt de formule .
Lineaire functie: .
Exponentiële functie:
Uit volgt . Het exponentiële groeimodel geeft dan .
Eigenlijk raakt de hoeveelheid nooit op, elke keer is er nog % van de vorige hoeveelheid over. Maar op zeker moment zal de hoeveelheid zo klein zijn dat hij niet meer waarneembaar of meetbaar is.
en op geldt .
en op geldt .
en op geldt .
en op geldt .
De groeifactor per dag bereken je uit . Je vindt .
De formule is dan en op geldt .
De groeifactor per dag bereken je uit . Je vindt .
De formule is dan en op geldt .
Deze medewerker gaat uit van lineaire groei. Als je begint met inwoners in 2008 en je telt daar elk volgend jaar inwoners bij, dan krijg je voor 2009 precies , voor 2010 en voor 2011 inwoners. En dat zou alleen aan de afrondingen kunnen liggen.
, en . Er is dus een groeifactor van per jaar.
Bij de exponentiële groei wordt de jaarlijkse stijging van het aantal inwoners steeds groter, dus worden op den duur de bevolkingsaantallen erg groot. Bij lineaire groei is de stijging jaarlijks gelijk.
Lineaire groei: .
Exponentiële groei: .
Als je de opeenvolgende aantal vossen steeds op elkaar deelt, vind je telkens ongeveer . De konijnen verminderen dus elk jaar ongeveer % in aantal.
`K = 1450*0,87^t` .
Maak de tabel verder af, of gebruik GeoGebra of een grafische rekenmachine.
Vanaf 2020 komt het aantal konijnen vlak bij de , dus dan moet het aantal vossen wel worden verkleind.
Per meter wordt % tegengehouden en dus dringt er % door. De groeifactor waar je mee rekent is dus . Neem als beginhoeveelheid en los op:
Maak een tabel en je merkt dat je tot iets minder dan m diepte nog meer dan % blauw licht hebt.
.
Noem die groeifactor , dan is . En dus is . Dat is een afname van ongeveer % per zes uur.
Noem die groeifactor , dan is en . Dat is een afname van ongeveer % per uur.
Nog mL vlak voor de injectie en dus mL vlak erna.
Na uur: mL.
Aan het einde van de tweede dag (dus na uur) heeft de patiënt nog mL pijnstiller in zijn lichaam. Na een derde injectie wordt dit mL.
Na uur heeft hij mL pijnstiller in zijn lichaam.
Doen, je krijgt een grafiek met verticale sprongen. Gebruik de gegevens uit deze opgave.
`1,5^(1/32) ~~ 1,0128`
.
Je vindt dus ongeveer % per jaar.
Tussen 1959 en 1974 was de groei ongeveer % per jaar. Daarna was de groei van 1974 tot 1987 ongeveer % per jaar, van 1987 tot 1999 ongeveer % per jaar en van 1999 tot 2011 ongeveer % per jaar.
De wereldbevolking zal dan nog een tijd blijven stijgen, maar wel met een steeds kleiner percentage.
. Dat zijn meer dan transistoren. Dat is iets meer dan in de tabel.
. Dat zijn bijna transistoren. En ook dat lijkt te kloppen met de tabel.
Maak een tabel bij de formule die je hebt gemaakt. Je vindt dat dit omstreeks 2029 het geval zou moeten zijn.
Neem bijvoorbeeld in maanden met in april 2009. Dan zien de gegevens betreffende het aantal Facebookgebruikers er zo uit:
Als er sprake is van exponentiële groei dan zou voor de groeifactor per maand in de eerste maanden gelden: . En dat geeft . Voor maand krijg je dan miljoen gebruikers en dat is bij lange na niet gehaald.
Omdat je dan vrij snel aanloopt tegen de grootte van het aantal mensen op aarde. Nu neemt dat ook wel toe, maar lang niet zo snel als het aantal Facebookgebruikers in het begin van de wereldwijde introductie van Facebook.
Per week: .
Per uur:
`0,867^(1/24) ~~ 0,994`
.
`p = 2,103*0,867^t`
Maak een tabel of gebruik de formule en GeoGebra of een grafische rekenmachine. Voor het eerst op de ste dag, dus het duurt `21` dagen.
Met groeifactor , dus met `100` % per jaar.
`W = 4,9*2^t`
mln.