Exponenten en logaritmen > Logaritmische schalen
123456Logaritmische schalen

Toepassen

Zoogdieren gaan bij een bepaalde pasfrequentie (het aantal passen per minuut) over van draf naar galop. De pasfrequentie waarbij dat gebeurt hangt af van de lichaamsmassa.
Noem de lichaamsmassa `m` (in kilogram) en de pasfrequentie `P` .
De rechte lijn gaat door de punten die horen bij een kleine hond en bij paarden.
Op beide assen is nu een logaritmische schaal gebruikt.

Daardoor hoort bij deze rechte lijn een formule van de vorm `log(P) = a*log(m)+b` .

Dit kun je herleiden tot `P = 10^b * m^a` , zodat `P` een machtsfunctie is van `m` .

Opgave A1

Bekijk de grafiek van de pasfrequentie `P` afhankelijk van de lichaamsmassa `m` in kg.

a

Waar kun je aan zien dat op beide assen van deze grafiek een logaritmische schaal is gebruikt?

b

Welke pasfrequentie en welke lichaamsmassa horen bij "kleine hond" ?

c

Welke pasfrequentie en welke lichaamsmassa horen bij "paard" ?

Opgave A2

De grafiek in Toepassen kan worden benaderd met de formule `P = 259*m^(text(-)0,14)` .

a

Laat zien dat de waarden die je in de vorige opgave hebt afgelezen voor "kleine hond" en "paard" hieraan voldoen.

b

Het gewicht van een savanneolifant is gemiddeld `6000`  kg.
Bij welke pasfrequentie gaat deze olifant van draf naar galop?

verder | terug