Omtrek:
`13 + 11 + 13 + 11 = 48`
cm.
Oppervlakte:
`13*10 = 130`
cm2.
`24,75` cm2.
`28` cm2.
De omtrek is
`3 + sqrt(3^2+2^2) + sqrt(2^2+1^2) + 4 + sqrt(4^2+1^2) = 7 + sqrt(5) + sqrt(13) + sqrt(17)`
roosterhokjes.
Dat is ongeveer
`84,8 ~~ 85`
mm.
Zet er eerst een rechthoek omheen van `6` bij `4` hokjes. Trek hier de oppervlakte van `3` rechthoekige driehoeken van af:
oppervlakte (figuur) `= 6 * 4 - 1/2 * 1 * 4 - 1/2 * 1 * 2 - 1/2 * 3 * 2 = 18` roostereenheden.
`18` roostereenheden `= 18*0,5^2 = 4,5` cm2.
`π * 4 ≈ 12,6` cm (vier kwartcirkels maken een hele cirkel).
`2 * 2 + π * 2 + 1/2 * π * 4 ≈ 16,6`
cm.
Twee lijnstukken plus twee halve, kleine cirkels (dus een hele) plus een halve, grotere
cirkel.
`4 * 4 - π * 2^2 ≈ 3,4` cm2.
`4 * 2 + π * 1^2 + 1/2 * π * 2^2 ≈ 17,4` cm2.
De omtrek is `π * 12 ≈ 37,70` m `=3770` cm.
De oppervlakte is `π * 6^2 ≈ 113,0973` m2 `=1130973` cm2.
`π * r^2 = 100` geeft: `r^2 = 100/π` , dus `r = sqrt(100/π)` en dus is de omtrek `2π r = 2π sqrt(100/π) ≈ 35,45` m `= 3545` cm.
omtrek (cirkelsector) `= 2r + text(graden)/360*π*d` . Alle bekende waarden invullen:
`28 = 2*7+ text(graden)/360*π*14` , dit geeft: `28 = 14+ text(graden)/360*π*14` . Nu geldt:
`text(graden)/360*π*14 = 14`
, dus:
`text(graden)/360*π = 1`
, en dit levert: graden
` = 360/π ~~ 114,6^@`
.
oppervlakte (cirkelsector)
`=text(graden)/360 * π * r^2 = (360/π)/360*π*7^2=49`
cm2.
Hoewel de overeenkomstige hoeken gelijk zijn, hoeven de overeenkomstige zijden nog niet in een verhoudingstabel te passen.
Omdat je nu gelijkvormige driehoeken krijgt. Voor gelijkvormigheid van driehoeken is het immers genoeg dat de overeenkomstige hoeken gelijk zijn.
Teken (in gedachten) de lijn evenwijdig en door . Het snijpunt met noem je bijvoorbeeld en dat met is : .
Nu is `ΔPDF ∼ ΔQEF` met vergrotingsfactor . Dus zodat en dus ook .
Met de stelling van Pythagoras vind je .
Met behulp van gelijkvormigheid vind je .
Ga na, dat en en .
Met de stelling van Pythagoras vind je .
Met behulp van gelijkvormigheid vind je .
`ΔABD ∼ ΔCAD` . Stel , dan volgt uit de verhoudingstabel en dus .
Dit geeft .
Doen.
m.
, dus ongeveer m.
Tafelblad:
bovenkant
`100 xx 100 = 10.000`
cm2.
vier zijkanten:
`4 xx 6 xx 100 = 2400`
cm2.
Poten:
Het gaat om de oppervlakte van de vier zijkanten. Een poot heeft vier zijden van
`8 xx 40`
.
Elke poot:
`4 xx 8 xx 40 = 1280`
cm2. Dus vier poten:
`4 xx 1280 = 5120`
cm2.
Totaal: `10.000 + 2400 + 5120 = 17.520` cm2.
Totale oppervlakte is:
`100 xx 17.520 = 1.752.000`
cm2
`= 175,2`
m2.
`1`
L verf per
`16`
m2 geeft
`175,2 // 16 = 10,95`
L.
Afgerond is er dus
`11`
liter verf nodig.
Oppervlakte tafelblad is:
`100 xx 100 = 10.000`
cm2.
`1/4 pi * d^2 = 10000`
geeft
`d^2 ~~ 10000 /(0,7854) ~~ 12732,4`
zodat
`d ~~ sqrt(12732,4) ~~ 112,8`
cm.
De diameter van het tafelblad moet dan dus
`112,8`
cm worden.
Antwoord in mm nauwkeurig:
Alleen de oppervlakte van de omtrek van de tafel verschilt met de vierkante tafel.
Bij vierkant tafelblad:
`4 xx 6 xx 100 = 2400`
cm2.
Bij ronde tafelblad:
`= pi * d * h = pi * 112,8 * 6 ~~ 2126,2`
cm2.
Verschil:
`2400 - 2126,2 = 273,8`
cm2 per tafel. Dat is
`27.380`
cm2 voor
`100`
tafels.
`27.380`
cm2
`= 2,738`
m2. Dat scheelt dus
`2,738 // 16 ~~ 0,171`
L
`= 171`
mL.
Het spuitoppervlak van een ronde tafel is
`273,8`
cm2 kleiner dan een vierkante tafel.
Dit oppervlak moet aan de omtrek van het tafelblad worden toegevoegd.
`pi * d * Delta h = pi * 112,8 * Delta h = 273,8`
cm2 geeft
`Delta h = 273,8 // 354,4 ~~ 0,77`
cm
`~~ 7,8`
mm.
Het tafelblad moet dus
`60 + 7,8 = 67,8`
mm dik worden.