Rekenen I

Opgave T1

Je moet een bedrag van € 314,76 betalen.
Je betaalt contant. Over hoeveel briefjes van 100, hoeveel tientjes, hoeveel euro, hoeveel dubbeltjes en hoeveel centen gaat dit bedrag?

Opgave T2

Bereken met de hand (dus zonder rekenmachine):

a

de som van `7909,48` en `125,15` ;

b

het verschil van `7909,48` en `125,15` ;

c

het product van `7909,48` en `125,15` ;

d

het quotiënt van `7909,48` en `125,15` .

Opgave T3

Je zit achter de kassa bij een winkel en de stroom is uitgevallen, dus je rekent met de hand.

a

Iemand koopt `16` doosjes schroeven van € 1,67 per stuk. Hoeveel is dat samen?

b

Iemand betaalt € 202,65 voor `35` dezelfde houten latten. Hoeveel kost elke houten lat?

c

Gordijnstof kost € 12,95 per meter. Iemand koopt voor € 59,57 van die gordijnstof. Hoeveel meter van die gordijnstof krijgt hij?

Opgave T4

Cijfers uitrekenen:

a

Als alle cijfers even zwaar mee tellen en je hebt een `7,6` , een `5,4` , een `6,3` en een `6,6` gehaald, wat is dan je gemiddelde? Bereken het gemiddelde in één decimaal nauwkeurig.

b

Je cijfer van de eerste periode is `5,1` en dat van de tweede periode is `5,8` . Wat sta je in gehele cijfers gemiddeld als het cijfer van de tweede periode drie keer zo zwaar telt?

Opgave T5

Janna rekent op haar rekenmachine correct uit: `481,95 + 113,45 xx 25,55 = ...` .
Bij het opschrijven van het antwoord vergeet ze de komma: `33805975` .

Schrijf het goede antwoord op zonder je rekenmachine te gebruiken.

Opgave T6

In een glas gaat ongeveer `0,2` liter. Je hebt `7` volle flessen cola van elk `1,5` liter.

Hoeveel glazen cola kun je ongeveer vullen?

Opgave T7

Maak de volgende berekeningen kloppend door op de juiste plaats haakjes te zetten:

a

`16 - 4 xx 2 = 24`

b

`16 + 4 xx 12 - 8 = 32`

c

`3*2^3 + 6 // sqrt(9) + 3 = 25`

d

`3*2^3 + 6 // sqrt(9) + 3 = 5`

Opgave T8

Reken om:

a

`2,4` L `= ...` cm³

b

`2,5` uur `= ...` s

c

`1250` dm `= ...` km

d

`1,25` Tb (terabyte) `= ...` Mb (megabyte)

Opgave T9

Op de Olympische Spelen in 2018 in Pyeong Chang was bij het `500` m schaatsen voor mannen het verschil tussen de nummers 1 en 2 erg klein: de Noor Havard Lorentzen deed er `34,41` seconden over, de Koreaan Cha Min Kyu deed `34,42` seconden over die afstand.

Hoeveel mm lag Lorentzen voor op de Koreaan toen hij finishte?

Opgave T10

In Australië woonden in 2001 ongeveer `16,6` miljoen mensen. Het nationaal inkomen van Australië bedroeg in dat jaar ongeveer € 270580000000,00.

a

Schrijf beide grote getallen in de wetenschappelijke notatie.

b

Bereken het gemiddelde inkomen van een inwoner van Australië.

De landoppervlakte van Australië bedraagt ongeveer `7,7 *10^6` km².

c

Hoeveel grond heeft een Australiër gemiddeld tot zijn beschikking?

Testen