Rekenen II > Breuken
123456Breuken

Verkennen

Opgave V1

Een mountainbike heeft drie kettingbladen vóór en achter zeven. Als je met een constant ritme trapt, wordt de snelheid bepaald door het aantal tandjes van het gekozen voorblad ( `z_1` ) en het achterblad ( `z_2` ).

a

Als je hard wilt fietsen, heb je dan een groot of juist een klein voorblad nodig? En hoe zit het met het achterblad?

b

De verhouding van `z_1` en `z_2` bepaalt de snelheid waarmee je rijdt. Als je deze verhouding met `c` aangeeft geldt de volgende formule:

`c=z_1/z_2`

Als je langzaam wilt fietsen door moeilijk terrein, moet `c` dan groot zijn of juist klein? En als je snel wil fietsen?

c

Een `z_1` van `45` tandjes en een `z_2` van `21` tandjes heet in de wielrennerij een verzet van `45xx21` .
Uit hoeveel mogelijkheden kun je een verzet bij deze mountainbike kiezen?

d

Twee vrienden, Marco en Peter, rijden beiden op een mountainbike van het type:

  • vóór: drie kettingbladen met `36` , `45` en `54` tandjes.

  • achter: zeven kettingbladen met `12` , `15` , `18` , `21` , `24` , `27` en `30` tandjes.

Marco en Peter gaan precies even snel, ook hun trappers maken evenveel omwentelingen per minuut. Marco rijdt met een verzet van `45xx30` , Peter rijdt met een ander verzet.
Met welk verzet rijdt Peter? Laat zien hoe je aan het antwoord komt.

e

Bereken de `c` die bij Marco's verzet hoort. Bereken ook de `c` die bij Peters verzet hoort. Conclusie?

verder | terug