Algebra I > Wat is een formule?
1234567Wat is een formule?

Toepassen

Er bestaan ook in de gezondheidszorg de nodige formules.

Je BMR (Basal Metabolic Rate of Basale Stofwisselingssnelheid) is het aantal calorieën dat je lichaam verbrandt om de normale lichaamsfuncties uit te kunnen voeren. Bij het rekenen met BMR wordt lichaamsactiviteit (zoals lopen, fietsen, enzovoort) niet meeberekend. Je BMR verbruikt tweederde van je dagelijkse caloriebehoefte. De BMR verschilt van persoon tot persoon, afhankelijk van gewicht, lengte en leeftijd. Maar ook erfelijke factoren spelen een rol.

Om de BMR te berekenen, zijn er voor volwassenen de formules van Harris en Benedict (uit 1919):

  • BMR mannen `=66+13,7 xx ` gewicht ` + 5 xx ` lengte `- 6,8 xx` leeftijd

  • BMR vrouwen `=655+9,6 xx ` gewicht `+ 1,8 xx ` lengte ` - 4,7 xx` leeftijd

Hierin is gewicht in kg, lengte in centimeters en leeftijd in jaren.

Opgave A1

Bekijk hierboven de formules van Harris en Benedict.

a

Bereken de BMR van een volwassen man van `42` jaar die `1,82` m lang is en `76`  kg weegt. Hoe groot is de totale dagelijkse caloriebehoefte van deze man?

b

Bereken de BMR van een volwassen vrouw van `42` jaar die `1,82` m lang is en `76` kg weegt. Wat is de totale dagelijkse caloriebehoefte van deze vrouw?

c

Kun je het verschil tussen beide antwoorden verklaren?

Iemand's lengte is een vaststaand gegeven, dat verandert in de loop van je leven bijna niet.
Neem iemand van `30` jaar oud met een lengte van `1,80` m. Het gewicht van deze persoon bepaalt de BMR.

d

Schrijf de formule voor de mannen en die voor de vrouwen die aan deze voorwaarden voldoen zo kort mogelijk op.

e

Teken bij beide formules die je bij d hebt gevonden een grafiek. Hoe zie je in de grafieken dat de mannen een hogere BMR hebben dan vrouwen?

Opgave A2

Een automobilist vult zijn benzinetank met Euro95-benzine.
Deze benzine kost op dat moment € 1,65 per liter.

a

Waarom zijn de kosten recht evenredig met de getankte hoeveelheid benzine?

b

Waarom zijn de kosten niet recht evenredig met de hoeveelheid benzine in de tank?

c

Zijn de kosten recht evenredig met de tijd die je nodig hebt om te tanken? Leg uit waarom wel/niet.

d

Je moet € 35,20 betalen. Hoeveel liter heeft deze automobilist getankt?

e

Geef een bijpassende formule en grafiek.
Beschrijf de variabelen en eenheden die je kiest.

verder | terug