Algebra I > Variabelen vermenigvuldigenOefenen
Van een rechthoek is de lengte `p` en de breedte `4` .
Geef een formule voor de oppervlakte `A` van deze rechthoek.
Hoe groot is `A` als `p = 3` ?
Herleid.
`ab + 2ab`
`10xy - 7xy`
`nm + nm + 2nm`
`5df - 10df + 7df`
Herleid.
`5a*4a^2`
`text(-)3p*2p`
`3x^4*( text(-)x)^2`
`g^2*2g*3g`
Herleid. Als je het niet korter kunt schrijven, neem je de uitdrukking over.
`pt + 3tp - 5p`
`x^2 + x^2`
`v^2 + 3v`
`4u^2 - 2u^2`
`8z^4*(text(-)z)^2`
`8x - 8*x*(text(-)2x) - 16x^2`
Stel een formule op voor de inhoud `I` en de oppervlakte `A` van deze balk.
Schrijf bij de twee rechthoekige luciferfiguren zo eenvoudig mogelijke formules voor de oppervlakte. Noem de lengte van de korte lucifer `k` en de lengte van de lange lucifer `l` .
|
I |
II |