Algebra I > Vergelijkingen
1234567Vergelijkingen

Voorbeeld 2

Een kaars is `20` cm en wordt elk uur `1,5` cm korter.

Na hoeveel uur is deze kaars nog `12` cm lang?

> antwoord

Voor de lengte van de kaars past de formule `L = 20 - 1,5t` als `t` de tijd in uren en `L` de lengte in cm is.

De vraag kun je vertalen naar de vergelijking `20 - 1,5t = 12` .

Deze vergelijking kun je op meerdere manieren oplossen:

  • Door vergelijkend rekenen:
    `20 - ... = 12` betekent `... = 8` , dus `1,5t = 8` .
    `1,5 * ... = 8` betekent `... = 8 // 1,5` , dus `t = 8//1,5~~5,33` uur.

  • Door een terugrekenschema te gebruiken:
    Vanuit de variabele moet je zo rekenen:

    En dus kun je zo terugrekenen:

    Dus is `t = (12 - 20) // text(-)1,5 ~~ 5,33` .

  • Door de balansmethode te gebruiken:

    `20 - 1,5t` `=` `12`

    beide zijden `20` aftrekken

    `text(-)1,5t` `=` `text(-)8`

    beide zijden delen door `text(-)1,5`

    `t` `=` `text(-)8 // text(-)1,5 ~~ 5,33`

    Ook hier vind je `t ~~ 5,33` uur.

Opgave 7

Bekijk in Voorbeeld 2 hoe een vergelijking op drie manieren kan worden opgelost.

a

Wat is kenmerkend voor een vergelijking waarbij dit kan?

Bekijk de vergelijking `0,2a^2 + 200 = 600`

b

Laat zien dat deze vergelijking op alle drie de beschreven manieren kan worden opgelost.
Voer de drie oplossingsmethoden uit.

Bekijk de vergelijking `0,2(a - 20)^2 = 400`

c

Los deze vergelijking zo handig mogelijk op.

Bekijk de vergelijking `0,2 sqrt(a - 20) = 4`

d

Los deze vergelijking zo handig mogelijk op.

Opgave 8

Los de volgende vergelijkingen op.
Gebruik de methode die je het handigst vindt.

a

`15*(2x + 10) = 240`

b

`0,01(x - 4)^2 + 25 = 26`

c

`15 + 2sqrt(x) = 35`

d

`60/(2x-4) = 3`

verder | terug