Algebra 2 > Formules met machten
12345Formules met machten

Voorbeeld 2

Je maakt een vierkante omlijsting door uit een gegeven vierkant en kleiner vierkant te zagen.
De omlijsting heeft overal een dikte van `3` cm en een oppervlakte van `444`  cm2.

Welke afmetingen heeft het grootste vierkant?

> antwoord

Noem de zijden van het grootste vierkant `z` cm.
Die van het kleinste vierkant zijn dan `z-6` .

De oppervlaktes zijn dan `z*z = z^2` en `(z-6)*(z-6) = (z-6)^2` cm2.

Uit de gegevens volgt `z^2 - (z-6)^2 = 444` .
Oplossing:

`z^2 - (z-6)^2` `=` `444`
haakjes wegwerken
`z^2 - (z^2 - 12z + 36)` `=` `444`
herleiden
`12z - 36` `=` `444`
beide zijden `+36`
`12z` `=` `480`
beide zijden delen door `12`
`z` `=` `40`

Het grootste vierkant heeft zijden van `40` cm.

Opgave 7

Los de vergelijkingen op.

a

`x^2 - 121 = 0`

b

`(x - 6)(x+6)= 13`

c

`(x + 60)(x - 2) = 2(29x + 12)`

Opgave 8

Bert heeft een tuin die `14` meter langer is dan hij breed is. Van de tuin van Bart is de breedte `2` meter minder dan de tuin van Bert, maar de lengte is `4` meter meer dan die van Berts tuin. Beide tuinen hebben een even grote oppervlakte. Je wilt weten hoe breed de tuin van Bert is.

a

Maak een schets van beide tuinen. Kies `x` voor de breedte van Bert's tuin.

b

Welke vergelijking kun je opstellen om de breedte van de tuin van Bert te berekenen?

c

Los de vergelijking op.

d

Hoe lang en hoe breed is de tuin van Bert?

verder | terug